De drummer

Zul je net zien.

Schreef ik een week geleden dat er nauwelijks fraudezaken door de meervoudige strafkamer van de rechtbank in Groningen worden behandeld, loopt Cesar (49) de zittingszaal binnen.
Hij zou een paar jaar lang zijn maandelijkse briefjes van de sociale dienst valselijk hebben ingevuld.

Hij verzweeg inkomsten of gaf te weinig op.

Cesar zucht.
Hij is niet naar de rechtbank gekomen om te ontkennen.
Al jaren rommelt het om hem heen.
Hij was nog niet zo lang geleden al eens, samen met zijn twee dochters, een half jaar dakloos.
Dat kwam door die hennep, door die tachtig plantjes. De politie viel bij hem binnen en toen moest hij met zijn twee meiden het huis uit.

Hij weet het niet zeker, maar hij dacht niet dat hij de rekening die Essent daarna stuurde, 10.000 euro vanwege de illegaal afgetapte stroom, al heeft betaald.

Cesar zucht: ‘Ik zou eindelijk wel eens wat rust in de tent willen.’

De rechters: ‘Al die problemen van u hebben te maken met geld.’
Cesar knikt en corrigeert: ‘Met geen geld.’

Hij is muzikant, hij is de drummer van de band.
Jarenlang kon hij daar van leven.
Hij had nog met Harry Muskee gespeeld, niet niks.
Zegt: ‘Het was spelen en handje contantje. Cash. Klaar. Zo heb sinds 1980 gewerkt.’
Rechters: ‘En u had uw boekhouding niet op orde?’
Cesar: ‘Nee, dat was een zooitje.’

Op de iPhone google ik in de zittingszaal op de naam van de drummer.
Ik zie foto’s waarop Cesar vrolijk en dan weer zwetend achter zijn drumkit zit.
De blues spat er hier en daar van af.
Ik denk, kan niet anders, dat Cesar door vele duizenden muziekliefhebbers in ontelbare zaaltjes moet zijn toegejuicht.

Maar in zaal 14 is er geen applaus.

Toen het wat minder ging in de muziek, vroeg hij een uitkering aan.
Dat was in 1997.
Hij had wel verteld dat hij de drummer was, maar dat de opbrengsten nooit hetzelfde waren.
Tegen de rechters: ‘Voor iedere stuiver die ik verdiende, moest ik komen opdraven met papieren. En die had ik dan weer niet. Op gegeven heb ik gezegd, jongens ik weet het ook niet meer. Ze zeiden: wij ook niet. Een dame zei: laat eerst ook maar. Ze hebben me gewoon niet geholpen. En zo ging het maar door.’

Om zijn gage wat op te vijzelen verzorgde Cesar tachtig wietplantjes.
Na een oogst of tien ging het met de komst van de politie mis.
De natuurlijke opbrengst was deels voor eigen gebruik, de rest ging naar de koffieshop. Veel had het niet opgeleverd.
Nou ja, hij was een keertje met de meiden en de bus naar Spanje geweest.
Maar niks luxe.

Toen hij zijn hennepavontuur opbiechtte aan de bijstandsconsulent, stelde die prompt een onderzoek in naar zijn winsten met alle ellende tot gevolg. De sociale dienst rekende aan de hand van het politiedossier uit dat hij de kas voor 72.000 euro had belazerd.

Het afgelopen voorjaar werd hij vanwege de huisteelt door de politierechter veroordeeld tot een werkstraf van twintig uur.
De rechters willen weten of hij die straf ook heeft uitgevoerd.
Cesar: ‘Jazeker. Ik moest televisietoestellen uit elkaar slopen. Printjes apart, plastic apart, dat soort werk.’

Hij heeft nu weer een huisje en probeert zo goed en zo kwaad het gaat de wereld mooier te maken met muziek.
Tegen de rechters zegt hij: ‘Ik ben de maatschappij het meest tot nut, als ik achter mijn drumstel zit.’

Hij heeft als rasmuzikant de tijd wel tegen.
Het zijn allemaal dj’s tegenwoordig, zegt hij. Daarom probeert hij nu ook muziek te componeren op de computer.
En hij maakt filmpjes.
De rechters zouden voor de aardigheid eens op YouTube moeten kijken.

Rechters, voorzichtig: ‘Kunt u ook nog iets anders? Misschien?’
Cesar, resoluut: ‘Nee. Het klinkt misschien wat raar, maar ik ben goed. En kwaliteit gaat zich op den duur verkopen.’

De soos wil hem wel naar een cursus ‘eigen ondernemer’ sturen. Cesar: ‘Dan kun je een starterskrediet krijgen of zo.’

De officier van justitie concludeert dat het klip en klaar is dat het niet zo is gegaan zoals het zou moeten. Dat uitkeringen alleen bedoeld zijn voor hen die het echt nodig hebben. Dat de hennepteelt lucratief is, de muziekhandel lastig. Dat ze dat ook wel weet.

Ze zegt sterk het vermoeden te hebben dat Cesar zijn financiële administratie nog steeds niet op orde heeft. ‘Hij weet niet eens of zijn schulden wel afbetaald zijn.’
Ze zegt dat ze, gezien het benadelingbedrag volgens de richtlijnen een half jaar gevangenisstraf zou moeten eisen.
Officieren van justitie zeggen zoiets altijd, om vervolgens iets anders aan de rechtbank voor te stellen.

‘Ik eis een werkstraf van 240 uur en twee maanden voorwaardelijke gevangenisstraf.’

Cesar – hij heeft geen advocaat – zegt dat hij blij is dat hij niet naar de gevangenis hoeft.
Ook al omdat zijn meiden dit schooljaar examen moeten doen.
Zegt: ‘Er ligt nog een rekening van het waterbedrijf dat de boel dreigt af te sluiten. Het blijft geschraap aan de onderkant.’

Ik zie hoe hij even later, op blote voeten in sleetse badslippers, het gerechtsgebouw verlaat.
Sjokkend, geen haast.
Op de speellijst van de band staat dat hij pas over drie dagen hoeft op te treden.

Nog drie nachtjes en dan zullen we weer voor hem klappen.

Rob Zijlstra

UPDATE – 8 oktober 2009 – uitspraak
Valsheid in geschrift bewezen, oordeelt de rechtbank.  Wel is het zo dat Cesar meer had mogen verwachten van de sociale dienst nadat hij had aangegeven geld te verdienen met de muziek. Dat de soos te weinig deed, maakt hem echter niet onschuldig. Cesar heeft, zo vindt de rechtbank, misbruik gemaakt van het sociale zekerheidstelsel. Hij heeft op die manier de boel belazerd ter waarde van 72.821,50 euro.

De bijbehorende passende en geboden straf, aldus de rechtbank: 240 uur werken voor het nut en als stok achter de deur een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maand.


Een gedachte over “De drummer

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s