Ze zijn vaders, trots op hun kinderen.
Ze hebben er twee, drie of vijf.
Helaas bij verschillende vrouwen, zegt een van de verdachten.
Een ander zegt dat er twee vrouwen van hem zwanger waren, maar dat ze nu allemaal zijn bevallen.
Nee, daar was hij tot grote spijt niet bij.
Hij zit immers in de gevangenis.
Ze zijn allemaal met hun toekomst in de weer, op het rechte pad zo is de bedoeling.
Ik was net goed bezig, klaagt Errol, timmermansopleiding en al bijna een jaar in voorarrest.
Tony had op Curaçao elektrotechniek gedaan, maar studeert nu in de bajes, iets met schoonmaken want het is er geen LOI.
Een derde was gasmonteur in loondienst, maar liep kort voor zijn arrestatie stuk op de crisis.
Sally, die in de visserij werkte, kan straks helemaal opnieuw beginnen, want hij is alles kwijt.
Uitgerekend hij die Assen bewust had verlaten om zijn foute vrienden te ontlopen.
Justitie wordt bedankt.
Ook André doet zijn best, vertelt hij aan de rechters.
Op het gebied van diploma’s heeft hij alles, Word, Excel noem maar op.
Maar ja, wie wil iemand met een strafblad?
Ze hebben allemaal een strafblad, goed voor vele jaren opsluiting wegens poging tot moord, afpersing, diefstallen met geweld, bedreigingen, wederspannigheid.
En drugs.
André is boos, heel boos, zegt hij, omdat hij wordt verdacht van iets waar hij honderd procent zeker niets mee te maken heeft.
Errol is vooral verbaasd.
Hij doet geen overvallen.
En ook geen drugs.
Toch zit hij hier, in nota bene Assen waar hij heel zijn leven zelden is geweest.
Tony komt veel in Assen, omdat een van zijn vrouwen er met de kinderen woont.
Zelf verblijft hij meestal in Groningen.
Ze zijn alle zeven verdachten in een strafzaak waar de rechtbank in Assen vier dagen voor heeft uitgetrokken.
Justitie denkt dat Errol een grote drugsdealer is, die vanuit Delfzijl cocaïnehandel wilde bedrijven in Zweden.
Een pseudokoper, een verklede politieman van de speciale unit ‘werken onder dekmantel’, lapte hem erbij.
Daarnaast zou hij zich schuldig hebben gemaakt aan gewapende overvallen, met de anderen, zij het in wisselende samenstelling.
Tony zou er meestal wel bij zijn geweest.
Zelf zegt hij van niet.
Er zijn, zo moeten de rechters toch weten, meer Antillianen met rastahaar en gouden tanden die Rasta worden genoemd.
En hij heet Tony.
De verdenking is dat ze overvallen pleegden op woningen waar ze hennepkwekerijen vermoedden.
Dit schijnt veel voor te komen.
Slachtoffers doen niet snel aangifte.
In Assen zouden ze ’s nachts en in de eerste helft van vorig jaar vier woningen met wapens en geweld zijn binnengedrongen.
Een vijfde keer in een woning in Valthermond.
Vier keer was het buit.
Er werden wietoogsten gestolen, cocaïne, veel geld, laptops en sieraden.
Eenmaal denderden ze de verkeerde woning binnen, hadden ze bij de buren moeten zijn.
Heel professioneel ging het niet.
Slachtoffers herkenden hen, direct of later op foto’s op het politiebureau.
En ze gebruikten mobiele telefoons waardoor verdachte gesprekken werden afgeluisterd. De telefoons werden ook gelokaliseerd op de tijdstippen en in de buurt van de overvallen.
Bij een van de geliefden van Tony vond de politie een duur Chanel-horloge, het horloge dat bij zo’n overval tot buit werd.
De verdachten zeggen dat ze elkaar niet eens kennen.
De politie denkt daar op grond van observaties, in café Le Monde in Delfzijl bijvoorbeeld, anders over.
Maar de ontkenningen zijn glashard.
De rechters lijken bereid zich van de beweerde onschuld te laten overtuigen.
Rechters tegen Tony: ‘Als dat Chanel-horloge niet is gestolen, heeft u misschien dan nog het bonnetje?’
Tony, met verontwaardigde stem: ‘Kom op rechter. Wij zijn Antillianen, die bewaren geen bonnetjes.’
De rechters willen weten wat hij, die toch vooral in Groningen verblijft, om vijf uur ’s ochtends in de straten van Assen deed, in de nacht van en kort voor een overval?
Tony: ‘Mijn vrouw woont in Assen.’
Rechters: ‘Maar het was vijf uur in de ochtend.’
Tony glimlacht en zegt: ‘Ik wilde haar al vroeg bezoeken. Als u dat niet snapt, snapt u het geheim van de vrouw niet.’
Errol vindt het maar gek dat de bewoner die bij vergissing werd overvallen, door twee mannen met mes en pistool, nu bang is op straat.
Errol: ‘Die man is binnen overvallen en nu is hij buiten bang. Dat vind ik raar.’
Rechters tegen Tony: ‘Is dat raar?’
Tony: ‘Nee, ik begrijp dat wel.’
Rechters tegen Errol: ‘Tony vindt dat niet raar.’
Errol haalt de schouders op.
Hij snapt ook niet dat die man nu duizend euro schadevergoeding claimt.
Zegt: ‘Als hij dat geld krijgt, gaat bang dan weg?’
Er wordt niet gelachen in de Drentse rechtbank.
Bij de overval in Valthermond werd de tienerdochter des huizes geschopt en geslagen en met haar moeder, deels ontkleed, aan een radiator vastgebonden, bedreigd met verkrachting en werden met een mes haren afgesneden.
De slachtoffers herkenden Errol, ook aan het litteken op diens wang en Tony aan zijn, wat ze noemen, ‘schapenhaar’.
Hun wapens leken op wapens uit een cowboyfilm.
De officieren van justitie trekken de streep.
Een verdachte – hij gaf tips – hoort een jaar celstraf eisen, twee verdachten twee jaar, een vierde – hij van de visserij – zes jaar.
André die zo boos is, mag wat de officieren betreft worden vrijgesproken.
Geldt niet voor Errol en Tony.
Zij zijn echt aan de beurt: twaalf jaar gevangenisstraf per persoon.
Rob Zijlstra
.
UPDATE – 8 oktober 2010 – uitspraken
De rechtbank Assen acht twee overvallen (in plaats van vier) per persoon (Tony en Errol) bewezen, waaronder de gewelddadige overval in Valthermond. Tony en Errol die twaalf jaar celstraf hoorden eisen, kregen daarom een iets lagere straf: beide zijn veroordeeld tot acht jaar.
Pingback: De politieman « ZITTINGSZAAL 14
Pingback: Tweets that mention Trotse vaders « ZITTINGSZAAL 14 -- Topsy.com
ga in jullie moeder kut terug