Het is dat je er niet vrolijk van wordt, anders zou je best om Cheb kunnen lachen.
Drie jaar geleden zat hij in de rechtszaal op de stoel waar hij deze week weer op zat. Toen al was het zijn zoveelste keer.
Dat kan ook niet anders, want Cheb is behalve Marokkaan ook veelpleger.
Dat hij Marokkaan is, is helemaal niet relevant.
Of het moet zijn dat een Marokkaan in de Groninger rechtszaal een niet alledaags verschijnsel is.
Drie jaar geleden verzuchtte de reclasseringsmedewerker tegen de rechters dat hij het niet meer wist met Cheb.
Hij is niet gemotiveerd en al ruim vijftien jaar actief in het schemergebied van Groningen.
Hij is, om de reclasseringsmedewerker van toen te citeren, niet vooruit te branden.
En dat is nog steeds zo.
In oktober 2008 veroordeelden de rechters hem tot de twee jaar durende veelplegersmaatregel ISD.
Dat is ons laatste redmiddel.
Eind vorig jaar kwam hij na een intensieve detentie vol maatwerk op vrije voeten.
Deze week hoorde hij vijftien maanden celstraf eisen.
Cheb is zo verslaafd als de zee golven rijk is.
Plannen voor de toekomst heeft hij wel.
Die behelzen dat hij op de korte termijn vooral verslaafd wil blijven.
Op de langere termijn wil hij er misschien wel van af.
Drie jaar geleden dankte Cheb zijn veroordeling aan inbraken in vooral studentenwoningen en zijn gewoonte kantoorgebouwen binnen te wandelen waar u en ik van alles (laptops, mobiele i-telefoons e.d.) laten slingeren in de veronderstelling dat zoiets veilig is.
Is niet zo.
Op 31 maart dit jaar wandelde hij een kantoorpand aan het Cascadeplein in Groningen binnen.
Opgemerkt moet worden dat hij er keurig uitziet.
Dat de cocaïne en heroïne al vele jaren zijn leven beheersen en hem van binnnenuit opvreten, is aan de buitenkant (nog) niet te zien.
En zo kon het gebeuren dat Cheb drie kwartier lang ongehinderd door de gangen en kantoren van de Raad voor de Kinderbescherming wandelde.
Beveiligingscamera’s legden vast hoe hij aan deuren trok en rondsnuffelde.
Pas na een halve voetbalwedstrijd vroeg iemand op de vijfde wie hij eigenlijk wel niet of wel was.
Cheb.
En wat hij dan wel of niet deed, wat hij hier te zoeken had?
Cheb herhaalt tegen de rechters wat hij toen zei: ‘Ik was op zoek naar werk.’
De drie rechters: ‘Wij zijn gekke Henkie niet. ‘
Cheb, licht geïrriteerd: ‘U wilt beweren dat ik van alles uit de lucht pak?’
Rechters: ‘Vertel geen kletsverhalen.’
Cheb: ‘Ik begrijp dat u kritisch bent.’
Rechters: ‘U bent ook aangetroffen in een beveiligd bedrijfspand aan de Bornholmstraat in Groningen. Om half acht ’s ochtends. Ook om te solliciteren?’
Cheb: ‘Jazeker, ze zeiden dat ik er vroeg bij moest zijn.’
Rechters: ‘Ja, ja.’
Cheb: ‘Als u zo doorgaat ga ik geen vragen meer beantwoorden. Ik wil het voordeel van de twijfel.’
Rechters: ‘Die krijgt u, want u bent de verdachte.’
Cheb werd aangehouden met een schroevendraaier en een hard stukje plastic in de binnenzak.
Een hard stukje plastic is voor mannen als hij een flipper.
Met een flipper maken deze mannen in een handomdraai sloten in deuren met veiligheidskeurmerken open.
Drie jaar geleden liep Cheb tegen de lamp nadat hij met een flipper een studentenhuis was binnengeslopen.
Een getuige zag dat, belde de politie en zei: ’t Is een lange, dunne man, Marokkaans-achtig type, op een grijze mountainbike.’
De politie, toen: ‘Nee hè, dat moet onze Cheb zijn, onze Cheb de Flipper.’
Deze week zegt hij: ‘Wat is een flipper?’
Rechter: ‘Kom op nou toch, dat weet u dondersgoed.’
Cheb, nu boos: ‘Het is uw toon die me niet bevalt.’
Een student hoorde geklapper aan de voordeur, ging kijken en zag een verdachte man.
Cheb tegen de rechters: ‘Ik reed op een geleende scooter en kreeg pech, toevallig voor die voordeur. Op de stoep ben ik gaan sleutelen, ik denk dat meneer dat heeft gehoord.’
De eigenaar van de scooter vertelde desgevraagd aan de politie dat zijn scooter nooit stuk is.
Cheb: ‘Wel als ik erop zit.’
In een ander studentenpand, aan de Eendrachtskade, stond een studente onder de douche.
Toen zij na een kwartiertje weer in haar kamer kwam, waren laptop, portemonnee en telefoon verdwenen.
Op een deur in het pand werd vers bloed aangetroffen, bloed met zijn DNA.
Cheb: ‘Ik ben daar wel geweest, klopt, om drugs te gebruiken, het was koud buiten, ik heb niets meegenomen.’
Bij de Raad voor de Kinderbescherming werd drie kwartier lang niets gestolen, maar dat was hij wel van plan, zegt de officier van justitie.
Het is een poging tot diefstal.
Door een gebouw lopen waar je niets te zoeken hebt of rammelen aan een deur, is geen diefstal, werpt de advocaat tegen.
Wel, zegt de officier van justitie, als het Cheb betreft.
Bij het beveiligde bedrijf verdwenen die ochtend laptops.
Uit het kantoortje van het Helperbad enveloppen met geld, shag en een aansteker.
De beelden van de beveiligingscamera’s laten geen twijfel.
Rechters: ‘Wat deed u in het zwembad?
Cheb zegt dat hij iemand zocht die hij zocht.
Hij vraagt: ‘Heel vervelend, maar wie zegt dat die spullen zijn gestolen op het moment dat ik daar was?’
De officier van justitie.
Rob Zijlstra
• de stille en de hoop, rechtbankverslag 9 oktober 2008
.
UPDATE – 26 september 2011 – uitspraak
Het zat er aan te komen. Cheb moet zitten, geen vijftien maanden, maar een jaar is voldoende. Of dat zal helpen is een ander verhaal. De flipper wordt vernietigd.
.
Het beste verhaal wint.
Voor wie weten wil hoe je het beste verhaal componeert: check ’t boek ‘Dubieuze Zaken’ van Crombag, Van Koppen en Wagenaar.
Pingback: Cheb wordt vervolgd | ZITTINGSZAAL 14
Pingback: Cheb. Wordt vervolgd. | ZITTINGSZAAL 14
Pingback: Signalen van machteloosheid | ZITTINGSZAAL 14