Pierre is een keurig ogende en welbespraakte jongeman van 23 jaar.
Je kunt ook zeggen: Pierre is een groot probleem.
Of andersom: een uitdaging.
Nadat de officier van justitie haar strafeis heeft geformuleerd, kijkt ze hem strak aan en zegt: ‘Dit is echt uw laatste kans. Er liggen wetsvoorstellen in de Tweede Kamer en die gaan héél nadelig voor u uitvallen.’
Pierre zegt niets terug.
Hij snapt het wel, maar vindt ook dat er veel te negatief over hem wordt gesproken.
Eigenlijk alleen maar.
De rechters vragen naar zijn toekomst, hoe hij die ziet?
Pierre antwoordt met een tegenvraag: ‘Kunt u mij het vertellen? Ik weet het niet.’
Aan een medewerker van de reclassering vertelde hij waarschijnlijk altijd in de onderwereld te moeten blijven, omdat hij in de bovenwereld toch nooit normaal zal kunnen functioneren.
Pierre is in 1988 geboren in Limonade, Haïti.
Tot zijn zesde levenjaar zwierf hij kruipend met een broertje over dit droefgeestige eiland.
Adoptie bracht hem in Veendam.
Toen hij daar 15 jaar was geworden, kwam hij voor het eerst in aanraking met de politie. En nu, nu hij 23 jaar is, krijgt hij zijn laatste kans.
Pierre had in een mobiele telefoonwinkel een iPhone te koop aangeboden.
Hij had er een paar tientjes voor gekregen.
Het apparaat was gestolen uit een woning in Groningen.
Pierre ontkent de inbraak.
Hij zegt: ’t Is meer heling.’
Hij vertelt de telefoon te hebben gekregen van een Antilliaan met rastahaar in een café dat 24 uur per dag open is.
Carlos, de Antilliaan, had hem gevraagd het toestel te verkopen.
Tegen de rechters: ‘Ik ging er vanuit dat het geen eerlijke telefoon was.’
Ze verdeelden de buit.
Hij zou hebben ingebroken in een woning aan het Paradyske in Kollum.
Rechters: ‘Klopt dat?’
Pierre: ‘Ja en nee. Ik stond op de uitkijk. Appie is naar binnengegaan.’
Rechters: ‘Appie zat toen in de gevangenis.’
Pierre: ‘Appie heeft een tweelingbroer, Albert. Zet ze naast elkaar en je ziet geen verschil.’
Albert zegt van niets te weten.
Vier maanden later zou hij nog een keer in diezelfde woning hebben ingebroken.
Pierre: ‘Nee. Ik zat toen in de re-integratie, bij die brug in Groningen. Dan kan ik dus nooit in Kollum zijn geweest.’
Rechters: ‘Want u bent Speedy Gonzales niet.’
Pierre: ‘Zo is het.’
Uit de woning werden vooral sieraden gestolen, inclusief trouwringen (07/07/07).
Pierre had de buit in een zakje gedaan en een juwelier in de binnenstad van Groningen bood nadat hij de zaak in het zakje had bekeken, een mooi bedrag.
Kort nadat Pierre blij was vertrokken, ontdekte de juwelier nog iets.
Tussen de smuk zat een sleutel met een labeltje met daarop een telefoonnummer. Juwelier dacht: even bellen.
Pierre kreeg hij niet aan de lijn.
Wel de dan nog onwetende, want vakantievierende eigenaar van de sieraden.
Pierre ontkent de buit niet.
Die had hij dus van de ene of de andere tweeling gekregen, op het station, om het te verzilveren.
Pierre: ‘Ik zat een beetje krap bij kas.’
Rechters: ‘Waarom liet u die sleutel liggen?
Pierre: ‘Domheid.’
Ingebroken in de kleedkamers van voetbalvereniging Be Quick, Haren?
Pierre: ‘Ja.’
Hij had zich met de buit (portemonnees, pasjes) verstopt in het opberghok.
Toen iemand het hok wilde afsluiten, moest hij wel roepen.
Wederspannigheid?
‘Moh. Er was een vechtpartij bij het Newscafé. Ging ik kijken, beetje spannend. Toen kwamen er agenten aan en een van hen duwde mij weg. Ik zei, hé, waarvoor? Kreeg ik nog een duw. Toen wilde ik verhaal halen. Misschien dat de whisky iets naar boven heeft gebracht.’
Pierre eindigde op de grond en in de boeien.
Hij verzette zich en schopte een agent tegen het lijf met een thorax-trauma tot gevolg. De agent was drie weken uit de running, er is blijvend letsel.
Pierre, die niet heel groot is: ‘Nuchter had ik het nooit gedaan. Maar ik werd te hard aangepakt, snap je, alsof ik een grote jongen ben.’
Gedragsdeskundigen zeggen dat bij Pierre sprake is van een hechtingsstoornis.
Van daaruit heeft hij een overlevingsstrategie ontwikkeld die zich uit in liegen, bedriegen en stelen.
Een behandeling zou goed voor hem zijn.
Probleem is dat Pierre al eens negen maanden lang in de forensisch psychiatrische kliniek in Assen heeft gezeten.
Met als resultaat dat hij daar nu niet meer mag komen omdat hij er in drugs dealde.
De officier van justitie zegt dat Pierre niet goed in de gaten heeft dat wat hij doet, fout is. Dat het niet doordringt.
Dat hij over inbraken praat alsof hij even naar de supermarkt gaat.
Dat er misschien nog een andere kliniek is waar hij wel mag komen.
Pierre zegt dat hij wel hulp wil, maar geen zin heeft in klinieken.
Hij vertrouwt het niet.
Pierre: ‘Ik ben aanwezig geweest bij een liquidatie.’
Heel even wordt het stil in de rechtszaal.
Pierre weer: ‘Dat kan ik hier wel zeggen.’
Hij had het ook verteld aan een reclasseringsmedewerker.
In vertrouwen.
Maar wat?
Die medewerker belde de politie.
Politie vroeg hoe dat zat, met die liquidatie.
Had hij gevraagd: hoe weten jullie dat nou?
Rechters: ‘Ze hebben uw vertrouwen beschaamd.’
Jazeker, zegt Pierre.
De officier van justitie formuleert zijn laatste kans: een gevangenisstraf van 24 maanden waarvan de helft voorwaardelijk.
Voorwaarde: behandeling in een kliniek.
‘In de hoop dat dat lukt.’
De advocaat heeft ook hoop: dat er een kliniek is die Pierre wil zien als een uitdaging. Niet als een probleem.
‘Omdat we iemand van 23 jaar niet moeten willen opgeven.’
Onderzoek naar de liquidatie heeft geen slachtoffer opgeleverd.
Rob Zijlstra
UPDATE – 16 februari 2012 – uitspraak
Pierre is veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf waarvan 12 maanden voorwaardelijk. Aan dit laatste zijn voorwaarden verbonden, waaronden een klinische opname die maximaal 2 jaar mag duren. Volgens de rechtbank is er bij Pierre sprake van een stoornis en heeft hij een overlevingsstrategie ontwikkeld, naar aanleiding van ontberingen in zijn eerste levensjaren.
.
Gevangenisstraf zal toch weinig helpen, dunkt me. Wel als genoegdoening voor ‘de samenleving’, maar of Pierre er iets mee opschiet. Driemaal pech: verwaarloosd worden in zijn geboorteland, geadopteerd worden, terechtkomen in Veendam. Zoek daar maar eens een goeie psychiater bij ;-(
En dan nog: voor iedere verwaarloosde Haïtiaan zal al die luxe en overdaad bij ons ook wel lijken op een supermarkt.
What the fuck praten jullie motherfockers wat weten jullie daarvan kennen jullie hem persoonlijk ? jullie hebben nederlanders hebben niks te klagen, probeer maar een dag zoals iemand als hem te legen en praat dan maar verder
ja wij kennen hem persoonlijk en er is geen woord van gelogen. het is schandalig dat de hele waarheid niet aan het licht komt.