ACHTERGROND
De twee Colombiaanse mannen die verantwoordelijk worden gehouden voor de dood van Groninger Nico Leeuwe, in september 2011, moesten in de ogen van het Openbaar Ministerie (OM) hun misdaad bekopen met tien jaar celstraf.
Te weinig, oordeelde de rechtbank en legde maandag vijftien jaar op.
De eis doet geen recht aan de ernst van de feiten, vinden de rechters.
Het verschil tussen eis en vonnis is bijzonder.
Ongeveer zestig procent van de vonnissen in strafzaken valt lager uit dan de eis.
Dertig procent is conform en in tien procent van de zaken straft de rechtbank strenger dan het OM dat had gewild.
Meestal gaat het om geringe verschillen.
Het hardere oordeel van de rechtbank in de zaak van Nico Leeuwe valt dan ook in de categorie ‘uitzonderingen’.
In 2006 werd Avi C. uit Tolbert wegens moord op de twee kinderen van zijn partner veroordeeld tot achttien jaar celstraf en tbs.
Het OM was uitgegaan van doodslag en had twaalf jaar geëist.
In hoger beroep kreeg C. uiteindelijk vijftien jaar en tbs.
Het ‘juridisch meningsverschil’ zat in de kwalificatie van het misdrijf: moord of doodslag.
Dat gold ook in de dramatische zaak die zich in 2010 afspeelde op het station van Zuidbroek waar een man en een vrouw zwaar werden mishandeld door een toen 37-jarige man uit Litouwen.
Het OM eiste zes jaar cel wegens tweemaal een poging tot doodslag.
De rechtbank zag het anders en veroordeelde de Litouwer tot twaalf jaar cel wegens tweemaal een poging tot moord.
Ook in hoger beroep kreeg de man twaalf jaar.
Een recente uitzondering, december vorig jaar, deed zich voor in de strafzaken tegen acht mannen die betrokken waren bij een schietpartij in Tripscompagnie.
De man die drie jaar hoorde eisen, kreeg acht jaar cel.
Andere verdachten zagen hun straffen ten opzichte van de eisen verdubbeld. Opgeteld werden er 34 jaren tegen de acht geëist en werden er opgeteld 54 jaren opgelegd.
Gaat het OM in hoger beroep om voor het hof in Leeuwarden een lagere straf – opnieuw tien jaar – te bepleiten voor de moordenaars van Nico Leeuwe?
Een woordvoerster geeft de standaardreactie: ‘Wij gaan het vonnis goed bestuderen.’
Niet zozeer de opgelegde straf (in duur) als wel de juridische kwalificatie is voor het OM van belang al dan niet in hoger beroep te gaan.
In de zaak van Leeuwe vond het OM dat doodslag niet bewezen kon worden, waarna de lichtere variant ‘diefstal met geweld met de dood tot gevolg’ ten laste werd gelegd.
De twee hebben niet de opzet gehad Leeuwe te doden, maar zijn dood kan hen wel worden verweten.
De rechtbank deelt die visie niet en vindt dat ‘gekwalificeerde doodslag’ bewezen kan worden.
Een gekwalificeerde doodslag kan in dit geval worden uitgelegd als roofmoord.
Dat is ernstiger dan een ‘gewone’ doodslag, maar net geen moord.
De maximale straf die opgelegd kan worden is wel gelijk: dertig jaar.
OM en verdachten hebben tot 9 september de tijd hoger beroep aan te tekenen.
Rob Zijlstra
UPDATE – 29 augustus 2013 – hoger beroep
Het Openbaar Ministerie gaat niet in hoger beroep, zo heeft persofficier van justitie Pieter van Rest laten weten. Kernvraag was of er wel of geen sprake was van opzet op de dood. Van Rest: ‘Wij vinden van niet, maar de rechtbank heeft een andere keuze gemaakt. Zij hebben een andere juridische waardering voor de feiten. Wij vinden de kwestie niet zo principieel dat we die nog eens aan een hogere rechtbank willen voorleggen.’ Dat de twee mannen vijf jaar langer de cel in moeten dan het OM had voorgesteld, is ook geen reden om in appel te gaan. “Bij een andere waardering van de feiten, past ook een andere straf. Dat snappen we’, zegt Van Rest.
Een van de verdachten heeft inmiddels via zijn advocaat via Twitter laten weten wel in hoger beroep te gaan.
• Collega Mick van Wely heeft uitvoerig over de toedracht van de dood van Nico Leeuwe (65) en het politieonderzoek geschreven: een dodelijke overval
[website opgeheven]
update – 15 december 2015
Zitting bij gerechtshof te Leeuwarden. Het OM noemt het vonnis van de rechtbank te kort door de bocht. Van doodslag kan niet worden gesproken omdat de opzet op de dood ontbreekt, zo vind het OM. De strafeisen in hoger beroep zijn daar ook naar: 10 en 12 jaar celstraf, de een iets meer dan de ander omdat de een het initiatief nam en de ander niet. Volgens advocaat-generaal Henk Dijkstra is er sprake van diefstal met geweld met de dood tot gevolg.
bijzonder:
Het Openbaar Ministerie plaats tijdens het proces een filmpje op YouTube waarin ag Dijkstra uitleg geeft over de strafeis
↓
Pingback: Een dodelijke overval in de rosse buurt
Inderdaad: interessante gevallen. Want de rechter is normaalgesproken gebonden aan de tenlastelegging van het OM. Het ‘zwaarder’ kwalificeren van de bewezen feiten dan het OM heeft beoogd, levert ‘grondslagverlating’ op en dat is in de desbetreffende gevallen niet toegestaan. De rechter kan en moet (als een bewezen verklaard feit niet kan worden gekwalificeerd zoals het OM heeft bedoeld) alleen het bewezenverklaarde anders kwalificeren als dat een minder zware kwalificatie oplevert. Dus wel doodslag als moord niet kan worden bewezen, maar geen moord als doodslag is ten laste gelegd maar de bewezenverklaring ook zou kunnen worden gekwalificeerd als moord.
Zie verder mijn blog over de grondslagleer.
Er was moord ten laste gelegd, indien niet bewezen, dan doodslag, indien niet bewezen, dan diefstal met geweld met de dood tot gevolg,..enz. Er volgde dan ook vrijspraak voor moord.
Vermoedde ik al. OM dekt zich in dit soort gevallen steeds in d.m.v. o.a. primair-subsidiair tenlasteleggingen. Dat geeft de rechter echter wel de speelruimte om van het (eventueel ter zitting gewijzigde) standpunt van het OM af te wijken. Als het OM dat wil voorkomen moet het een wijziging tenlastelegging vorderen op de zitting.
zo is het