Een verhaal heeft een eerste regel, maar het begin van een verhaal ligt altijd ergens anders.
Op pak’m beet de oerknal na gaat aan alles iets vooraf.
Nu ook weer.
Danny heeft een vriend die altijd goed voor hem is.
Dus toen die vriend – die straks in dit verhaal Stef gaat heten – hem vroeg iets voor hem te willen doen, zei Danny niet nee.
Hij zei: ‘Dat doe ik, dan kan ik een keer iets voor je terugdoen, want jij bent een goede vriend.’
De goede vriend had gevraagd of Danny wat spullen wilde ophalen uit het hotel.
Voor als het misgaat.
Niet eerder.
Danny die tot de hardcore van het Groninger straatcircuit behoort, had in zijn ruige leven voor hetere vuren gestaan.
Dus toen het misging, belde hij een taxi en liet zich naar het Hampshire Hotel in het zuiden van de stad Groningen rijden.
Tegen de nachtportier zei hij dat hij de spullen kwam ophalen, de spullen van zijn goede vriend.
De nachtportier deed wat een nachtportier misschien wel behoort te doen: in de nacht geen vragen stellen.
Hij gaf alles mee.
Zo belandde Danny in de rechtszaal.
Want die vriend, die zogenaamde goede vriend, zegt dat hij nooit aan Danny de opdracht heeft gegeven zijn spullen op te halen uit het hotel.
Sterker nog: hij kent Danny niet eens.
Wat hij wel weet is dat hij nu zijn spullen kwijt is.
En dat hij die terug wil hebben.
Daarom deed hij aangifte.
Hij claimt 7.255 euro, want zoveel was dat spul wel waard.
Danny moet lachen als hij tegenover de rechters zit.
Dat Stef, uitgerekend hij, zulks beweert.
Ook dat er vier biljetten van 500 euro bij die spullen zaten die nu weg zijn.
Danny: ‘Ja hoor, de grootste cocaïnegebruiker van Groningen heeft vier biljetten van 500 euro in de zak. Toe nou even…’
Natuurlijk had hij de spullen opgehaald.
Omdat hem dat dus was gevraagd.
Hij had de spullen naar het huis van Dickie gebracht, want Dickie heeft een huis.
Wat er daarna is gebeurd, dat weet Danny ook niet.
De halve bende van het benevelde Groninger straatcircuit komt bij Dickie over de vloer.
Dus.
De officier van justitie heeft geen zin om Danny achter de tralies te zetten.
Hij eist wel een gevangenisstraf: 32 dagen waarvan 30 voorwaardelijk.
Die twee dagen die resteren heeft hij al uitgezeten.
Maar, zegt de officier van justitie, hij moet wel een schadevergoeding betalen aan zijn goede vriend, want die spullen zijn door zijn toedoen zoek: 6.000 euro vindt de aanklager billijk.
Nu komt Stef.
Zijn strafzaak ging aan die van Danny vooraf.
Wat is het geval?
In de Groninger onderwereld ging het rare gerucht dat Stef al dagen achtereen feestvierde in een kamer van het Hampshire Hotel.
Met van alles er op en van alles er aan.
Het wilde verhaal kwam ook de politie ter ore en besloten werd poolshoogte te nemen.
Want als Stef zonder legale bron van inkomsten feestviert in een hotel is er misschien wel wat aan de hand.
Een en ander leidde tot de aanhouding van Stef.
Hij moest mee om tekst en uitleg te geven.
Aan de portier kon hij nog net vragen zijn spullen even op te slaan, die zouden later wel worden opgehaald.
De rechters zeggen tegen Stef dat de officier van justitie vermoedt dat die spullen zijn verworven met crimineel geld.
Stef: ‘Phoe.’
Hij zegt dat hij het kan uitleggen.
In de gevangenis had hij een Duitser leren kennen.
Toen hij vertelde dat hij handig is met badkamers, zei die Duitsers dat hij veel werk voor hem had.
Dus toen hij vrij kwam, was hij gaan klussen in Duitsland.
Met het geld dat hij verdiende, was hij naar het casino in Emden gegaan.
Daar deed geluk de rest, het bracht hem 9.100 euro.
Tegen de rechter: ‘En toen ben ik naar Groningen gegaan en heb de grote jongen uitgehangen.’
Zo verklaart hij dat hij zonder inkomen toch de hotelrekening van 945,60 euro kon betalen.
En zo was hij dus ook aan die spullen gekomen, spullen die nu weg zijn.
Mooie spullen die hij vaak had zien hangen in de etalage: kleding van Armani, Moncler, van Dolce & Gabbana, Soho, schoenen van Nike, een schoudertas van Botticelli.
Stef: ‘Gekocht voor 4.500 euro bij een chique modezaak in Haren. Ik dacht met al dat geld, dit is mijn kans.’
Hij heeft de bonnetjes nog.
De officier van justitie zegt dat Stef bij de politie heeft gezwegen.
‘Dat hij nu met een verhaal komt over klussen in Duitsland en een casino in Emden is nieuw. Dat hebben we niet kunnen verifiëren.’
Rechters: ‘Niet zo handig Stef.’
Stef: ‘Heb ik dan geen rechten?’
De officier van justitie vindt dat Stef zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen: hij heeft crimineel geld omgezet in luxe.
Het misdaadgeld moet hij inleveren, welgeteld 7.445,60 euro.
Volgens de aanklager kan Stef dat heus betalen.
Hij moet immers nog 6.000 euro van Danny krijgen.
Ook heeft Stef 1.500 euro ontvangen van het Hampshire Hotel.
Als goedmakertje, omdat het hotel spullen van een gast zomaar en zonder vragen te stellen aan een derde had meegeven.
Verder moet er twee maanden celstraf volgen waarvan de helft voorwaardelijk mag.
Die straf eist de aanklager omdat Stef het bancaire verkeer in gevaar heeft gebracht.
Een maand zitten voor zoiets klinkt niet bijster veel.
Aan de andere kant: in de banksector zijn mannen met veel grotere bedragen met minder naar huis gegaan.
Maar dat verhaal begint heel ergens anders.
Rob Zijlstra
UPDATE – 14 februari 2014 – uitspraken
Danny is veroordeeld tot de geëiste 32 dagen waarvan 30 voorwaardelijk. Daarnaast een taakstraf in de vorm van een werkstraf van 50 uur. Aan Stef moet hij 5.286 euro betalen.
Stef heeft twee maanden celstraf gekregen waarvan eentje voorwaardelijk is. Daarnaast moet hij zijn criminele winst inleveren: 7.445,60 euro.
Briljante tweet!
Leuke tweet inderdaad, ben daar zelf ook wel eens geweest bij het hampshire hotel.