Vorige week is mijn tante overleden
en dat was niet eens mijn schuld

bult van kardinge
Als de misdaad van alle tijden is – en dat is-ie – dan kun je je afvragen of al dat gestraf vandaag de dag, dag in en dag uit, wel zin heeft.
Rechters behoren in het publieke debat tot de stille zwijgers, maar als ze zich zouden uitspreken dan zal menig strafrechter opmerken, mits zij de waarheid spreekt: nauwelijks.
Straf heeft nauwelijks zin als het de bedoeling is de mens te beteren of er de misdaad mee te bestrijden.
Met straffen bevredigen we onze collectieve hang naar wraak een klein beetje, maar dat is het dan ook.
Bioloog Midas Dekker schreef eens dat mensen meer veranderen van een halve liter jenever dan van 50.000 jaar evolutie.
We blijven dus maar misdaden begaan.
Je hoeft er geen medelijden mee te hebben, maar voor rechters is dat tamelijk sneu.
Je moet jaren studeren om rechter te worden.
Dan ben je het eindelijk, ook nog eens voor de rest van je leven, en dan heb je nauwelijks zin. De familie is natuurlijk beretrots een magistraat in hun midden te hebben, maar de strafrechter doet overdag haar werk in doorgaans lege zalen.
In de doorwrochte vonnissen die de rechter steeds maar weer schrijft, is vrijwel niemand geïnteresseerd.
Het merendeel van de vonnissen verdwijnt ongelezen in de archieven.
Van de bestaande mogelijkheid een vonnis wereldkundig te maken, te delen op het internet met het grote publiek, wordt mondjesmaat gebruik gemaakt.
Alsof het de rechters zelf ook niets meer kan schelen.
En nee.
Stukjes in de krant helpen ook niet.
Daders van misdrijven trekken al eeuwen achtereen hun eigen plan en dat doen ze meestal dolzinnig en ondoordacht.
Er is geen touw aan vast te knopen.
Het is misschien wel juist daarom dat de meeste boeven vrij rondlopen.
Willie is 29 jaar en geen domme man die toch iets heel doms heeft gedaan, uitgerekend op een moment dat zijn vrouw zwanger is.
Hij was thuisgekomen en had op de tafel de rekeningen van de zorgverzekeraar zien liggen.
Nee!
Niet nog meer schulden.
Hij liep ondoordacht naar het schuurtje, pakte dolzinnig de koevoet en zei tegen zijn partner dat-ie nog eventjes iets moest doen.
Tegen de rechters: ‘Het was de bedoeling een inbraak te plegen.’
Rechters: ‘U moest geld hebben.’
Willie: ‘Vijfduizend euro.’
Toen het nacht werd, sloeg hij een ruitje in van een woning en kroop naar binnen.
Willie: ‘Ik had verwacht dat er niemand thuis zou zijn.’
Rechters: ‘U doorzocht de woning en zette spullen van waarde bij de achterdeur. En toen?’
Willie: ‘Ineens hoorde ik iemand zeggen: hé. Ik schrok. Hij ook. Ik zei, ik kom niet om geweld te plegen. Kom niet op mij af. Maar dat deed hij wel. Toen heb ik geslagen met de koevoet.’
Rechters: ‘Meneer raakte flink gewond.’
Willie: ‘Ik was in shock. Ik heb nog overwogen een ambulance te bellen.’
Rechters: ‘Maar toen was de politie er al.’
Willie kan niet anders dan dat beamen.
En hij was juist zo goed bezig na een lange straf te hebben uitgezeten.
De officier van justitie komt met een juridische rekensom en presenteert dan de hoge rekening die nog niet op de tafel lag: vier jaar gevangenisstraf.
De advocaat probeert een onsje minder: ‘In augustus wordt hij vader. Het zou mooi zijn als Willie dan weer thuis kan zijn zodat hij zijn aanstaande kind kan zien opgroeien.’
De rechters denken nu na over wat met Willie te doen.
Wat dat is, schrijven ze op.
Wat ze opschrijven zal op een enkeling na niemand lezen.
Behalve over Willie denken de rechters ook na over wat ze willen met de 22-jarige en al doorgewinterde Henk.
Hij sleet zijn leven in internaten omdat er niemand was hem op te voeden.
Henk: ‘Mijn moeder leeft met de gordijnen dicht en met haar neus in de computer. Ik ben niet zo.’
Toch is ook Henk – ook niet dom – dom geweest.
Wat hij heeft gedaan lag niet aan een halve liter jenever en ook niet aan de evolutie, maar aan een fles wodka die hij bijna helemaal had leeggedronken.
En dat kwam weer door Selma die de verkering had uitgemaakt.
Henk ging zijn dronken verdriet, zijn liefdesverdriet, bespreken met Ina.
Tegen de rechters (diepe zucht): ‘Van het een kwam toen het ander.’
Het was in februari, vorig jaar en nog flink fris in het struikgewas op de bult bij sportcentrum Kardinge.
Voordat van het een het ander was gekomen, hadden ze hun warme jassen uitgevouwen en op de grond gelegd.
Henk zegt: ‘Het is 66,6 procent zeker dat ik de vader ben.’
Rechters: ‘U gebruikte geen condooms.’
Henk: ‘Ik wist toen al dat het verkeerd was.’
Rechters: ‘Maar waarom dan toch?
Henk: ‘Dat is een goeie vraag.’
Terwijl het gebroken hart van Henk herstelde met de tijd, kreeg Ina steeds vaker buikpijn wat haar in het ziekenhuis deed belanden.
Het loopt naar af.
Op het toilet van het UMCG krijgt Ina een miskraam.
Henk hoort het aan en zegt: ‘Dan weet ik dat nu ook. Ik heb het dossier gelezen, maar een deel had ik bewust overgeslagen.’
Rechters: ‘Wat vindt u er nou van?’
Henk: ‘Ik vind het hartstikke balen. Ik had niet naar mijn gevoel moeten luisteren, maar naar mijn verstand.’
De rechters knikken en vragen: Hoe lang heeft u dat besef al?
Henk, zonder na te denken: ‘Dertig seconden. En omdat u het mij vroeg.’
De officier van justitie zegt dat het bewijs in zedenzaken vaak moeilijk te leveren is.
Maar dat dat in deze zaak niet zo is.
Henk geeft het toe.
Hij wist dat hij fout was.
Hij wist dat Ina nog maar 14 jaar was.
De eis daarom: vijftien maanden gevangenisstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk.
Dat is netto negen maanden.
Dat is – zeg maar – net iets langer dan Ina er mee zat.
Henk zegt tegen de rechters dat hij en Ina de narigheid die ze hebben gehad samen hebben afgesloten.
‘Ze appt me de hele dag.’
Hij zegt ook dat hij zijn leven wil beteren en dat hij al goed bezig is.
‘Vorige week is mijn tante overleden en dat was niet eens mijn schuld.’
Hij heeft nu ook een doel.
De rechters horen hem zeggen, manmoedig: ‘Ik wil op mijn 25ste vrij zijn van schulden.’
Een mooi streven.
Vraag het maar aan Willie.
Rob Zijlstra
update – 7 april 2016 – uitspraken
Henk is veroordeeld. Geen celstraf, maar een taakstraf in de vorm van een werkstraf van 240 uur. Wel heeft de rechtbank een stok achter de deur geregeld: een voorwaardelijke celstraf van 365 dagen. De rechtbank heeft meer rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte dan de officie van justitie dat heeft gedaan. Ook het feit dat Henk nog altijd een vriendschappelijk contact onderhoud met Ina heeft de rechtbank milder gestemd.
Er is nog geen uitspraak gedaan in de kwestie van Willie.
’n mooie eerste van de tweede duizend.