Wanneer in Noord-Nederland de scholen
wegens vakantie zijn gesloten,
ligt in Groningen, Assen en Leeuwarden
de strafrechtspraak op haar gat
In de krant die alle rechters in Nederland lezen stond afgelopen week een artikel over overbelaste rechtbanken.
Rechtbanken krijgen het steeds drukker wat nukkige rechters oplevert.
Nukkige rechters zijn slecht voor een goede kwaliteit van de rechtspraak.
Slechte rechtspraak brengt onschuldigen achter de tralies en andersom.
De boodschap: de politiek moet ingrijpen.
Het is de hoogste tijd.
Een zoektocht door het land van Google leert dat onze zittende en voor het leven benoemde magistraten al jaren mopperend door dat leven gaan.
Uit een recente enquête onder de 2.450 rechters wordt de voortdurende onvrede onderstreept.
Negen op de tien rechters maken zich grote zorgen en bijna geen rechter die nog wil bezuinigen. Rechters willen met rust worden gelaten in het belang van de kwaliteit.
Uit genoemde enquête blijkt dat niet alleen de meest bezorgde, maar ook de meest ontevreden rechters in de rechtbanken van Groningen, Assen en Leeuwarden werken.
Ik kan in het gerechtsgebouw in Groningen niet achter de gesloten deuren kijken.
Wat daar gaande is, is dus gissen.
Ja.
Ik kan het wel vragen, maar dat levert toch geen echte antwoorden op.
De rechters die ik er zie rondlopen ogen niet heel nukkig, niet ongelukkig.
Ik krijg wel eens de indruk dat het met hun werkdruk ook reuze meevalt.
Wanneer in Noord-Nederland de scholen wegens vakantie zijn gesloten, ligt in Groningen, Assen en Leeuwarden ook de strafrechtspraak op haar gat.
Dan zijn er, zoals afgelopen week, nauwelijks tot geen strafzaken.
Anders dan achter de gesloten deuren is in de openbare delen van het gerechtsgebouw, in de zittingszalen, wel van alles te noteren.
Ik zie dat er stevige strafzaken in de wachtrij worden gezet.
Het gaat om strafzaken die officieel zijn uitgeroepen, maar vervolgens worden aangehouden om op een later tijdstip, ergens in de toekomst, te worden behandeld.
Zo was er eens (maart 2014) een Chinese boevenbende.
Mannen werden verdacht van afpersing in Roodeschool waar zoiets nog nooit eerder is gebeurd.
In Groningen schoten mannen met pistolen op elkaar.
Ze werden achtervolgd, aangehouden, vervolgd, er was een aanvang van een strafzaak, maar al anderhalf jaar is het stil.
Weer andere mannen schoten met wapens kogels door de knieën van een opponent.
Er is een man die zichzelf beschoot, maar van de daken riep dat anderen dat hadden gedaan. Er is een groep professionele woninginbrekers in een rond Oost-Groningen die maar niet berecht wil worden.
In Delfzijl lopen verdachte drugshandelaren op vrije voeten, in Leeuwarden bekende mensenhandelaren.
Het zijn maar voorbeelden.
Wat ik ook kan zien – openbaarheid van de strafrechtspraak is eveneens een groot goed – is dat de rechters zich moeten buigen over strafzaken met een fronsje.
Dat zijn zaken waarvan je je kunt afvragen of de al dan niet drukke strafrechter er mee moet worden belast.
Twee weken geleden stond mevrouw D. terecht.
Ze is 47 lentes, ze droeg een keurig wit jurkje.
Mevrouw D. valt al jaren een jongere man van de GGZ op wie zij ontzettend verliefd is, lastig.
Hij krijgt van haar brieven, kaarten en cadeaus, soms wel drie keer op een dag.
Zij geeft daarmee uiting aan haar diepste gevoelens.
De hulpverlener uitte op zijn beurt zijn gevoelens bij de politie: hij deed aangifte.
De kwestie speelt al jaren.
Wat mevrouw D. doet is strafbaar – stalking – en wie daar het slachtoffer van is, heeft vaak een meer dan ernstig probleem.
Het probleem van mevrouw D. daarentegen is dat ze ziek is.
Zij lijdt aan een ‘waanstoornis met erotische inhoud’, schrijven de deskundigen die de kans op herhaling inschatten op honderd procent.
Tijdens de rechtszaak praat mevrouw D. honderduit, een beetje veel dus.
Haar liefde voor hem is niet te stuiten, dat is wel duidelijk.
Toen rechters haar vragen probeerden te stellen, leverde dat geen echte antwoorden op.
De wanen vliegen door de zaal.
Halverwege staat ze plots op om zittingszaal 14 te verlaten, maar niet nadat ze had geroepen: ‘Jullie zijn allemaal oneerlijk’.
Mevrouw D. heeft misschien wel haar bedenkingen – gelijk de magistraten – over de kwaliteit van de rechtspraak.
De officier van justitie had aan de rechters voorgesteld aan mevrouw D. die honderd procent zeker niet is te stoppen een taakstraf van 80 uur op te leggen.
Misschien zou ze dan stoppen.
De rechters dachten er twee weken over na en stelden vast dat een flink deel van de strafbare feiten zijn gepleegd in een periode die nu is verjaard.
Het strafbare deel dat rest, rechtvaardigt geen straf.
Wel krijgt mevrouw D. een contactverbod opgelegd.
Ze moet nu doen wat ze niet kan: ophouden daarmee.
Wat haar honderd procent zeker wacht is een week celstraf voor iedere keer dat ze het verbod overtreedt, met een maximum van zes maanden.
Qua kwaliteit is op zo’n uitspraak misschien wel iets af te dingen.
Dit was ook maar een voorbeeld.
Komende week spreken de rechters zich uit over Jorran (40) die leed aan een extreme vorm van slapeloosheid.
Dat zou te maken kunnen hebben gehad met antidepressiva die hij op voorschrift slikte.
De slapeloosheid maakte na lang radeloos.
Hij zag één oplossing: zelfdoding.
Jorran had gehoord dat een overdosis methadon de uitkomst zou bieden.
Hij kende de afdeling psychiatrie van het UMCG.
Met een nepwapen in de broeksband klom hij ’s nachts over het hek en dwong de eerste de beste medewerker die hij tegenkwam hem van veel te veel methadon te voorzien.
De eerste de beste bleek zijn oude begeleider te zijn.
In een kantoortje kwam het al snel tot een gesprek.
Met het wapen op tafel, geen een fijne situatie.
Na drie kwartier gaf Jorran toestemming de politie te bellen.
Jorran werd gearresteerd en opgesloten wegens vrijheidsberoving (gijzeling).
Rechters: ‘Waarom dat wapen?
Jorran: ‘Ik dacht, ik kan niet met lege handen aankomen.’
De officier van justitie: ‘U had een gewetenloze waas over u heen hangen.’
Jorran: ‘Ik vind het verschrikkelijk wat er is gebeurd.’
De officier van justitie: ‘Bij u is sprake van een persoonlijkheidsstoornis die niet nader is omschreven.’
Advocaat: ‘Het had anders gemoeten, maar er is uiteindelijk niets gebeurd.’
De eis: Om Jorran (die weer slaapt) te kunnen behandelen aan zijn ziekelijke stoornis zou een tbs met voorwaarden opgelegd kunnen worden. Daarnaast omwille van de vergelding: een jaar gevangenisstraf.
Rechters zijn juristen in zwarte jurken.
Misschien moet de politiek als die dan toch moet ingrijpen in het rechtsbedrijf, regelen dat zieke, radeloze mensen voortaan worden geholpen door mannen en vrouwen in witte jassen.
Rob Zijlstra
→ de aangehaalde enquete: tegenlicht
In ieder geval de hoogste tijd dat rechters niet meer voor het leven benoemd worden en tussentijds de zak kunnen krijgen.
Waarom dat Robert?
Misschien geen verplicht percentage van het budget naar de meters aan kunst in alle gerechtsgebouwen. Levert een aardige besparing op me dunkt.