Het was, zegt hij tegen de
rechters, een opeenstapeling
van alcohol en boosheid
Gebeurtenissen buiten op straat krijgen in de rechtszaal juridische kwalificaties. Dat moet wel, want met een ‘ik klap je dood’ kan geen jurist uit de voeten. Het moet een bedreiging heten. Met een deugdelijk middel.
Buiten kan zo’n beetje alles gebeuren, wel een miljoen keer meer dan juristen daar woorden voor hebben.
Een poging tot doodslag kent ontelbare variaties. Of doe een diefstal. Een diefstal kan variëren van een appel uit de tuin van de buren, een rolletje drop bij de pomp tot aan het pikken van de miljoenenfrutsels van Kim Kardashian in Parijs. Of jatten via een ondergrondse tunnel naar de kluis van de bank.
Vanwege de noodzakelijke juristerij kan het gebeuren dat iets heel vervelends buiten op straat in de rechtszaal een grote misdaad wordt. Met bijbehorende straffen. Advocaat Fred Kappelhof noemde het een avond die flink uit de hand is gelopen met grote gevolgen voor alle betrokkenen. Maar de geëiste straf tegen zijn client – dertig maanden de bak in (tien maanden voorwaardelijk) – vond hij geen goed idee.
Je zou het gesodemieter kunnen noemen, gedonderjaag van mannen met veel te veel drank op. In de rechtszaal heette het wederrechtelijk bevoordelen, wederrechtelijke vrijheidsberoving en mishandeling (opzettelijke benadeling).
Het gebeurde in mei 2016 in Delfzijl. Er zijn daar jonge mannen die op stap willen. De mannen kennen elkaar. Ze zijn al jaren bevriend, ze zijn vrienden van vrienden, Leo en Alex zitten bij elkaar in de klas op de zeevaartschool. Ze spreken af bij het huis van de opa van Alex. Daar gaan ze, alvorens zich in het nachtleven van Delfzijl te storten, indrinken. Whisky, borrels en bier. Het zijn ook mannen die elkaar vertrouwen. Daarom leggen ze geld bij elkaar voor in de pot. Als ze straks de bloemen buiten zetten, wordt de drank betaald uit die pot. Handiger.
Ze nemen afscheid van opa en gaan de nacht in. Na een tijdje in de discotheek is de pot leeg, maar is er nog volop lust. Leo grabbelt geld uit de broekzak en geeft dat aan Henk, een van de mannen, met de bedoeling dat Henk drank voor allen gaat halen. En dan gaat er iets mis. Er komt geen drank wat gezien de stemming van dat moment een ernstige inbreuk is op het eerder gesmede vertrouwen. De omslag is radicaal: vrienden, vrienden van vrienden en klasgenoten worden vijanden.
Leo voelt zich genaaid. Het gaat om vijftig euro. Of honderd. Tijdens de rechtszaak blijft dat – een beetje raar – vaag. Hoe dan ook, hij wil zijn geld terug. Dus pakt hij Henk bij de kladden. En bij de keel en wel zo dat Henk moet snakken naar adem. Er vallen ook klappen op het hoofd. Discoportiers halen de amokmakers uit elkaar. Henk en Alex gaan er vandoor. Dit is de mishandeling zoals het in de rechtszaal wordt geschetst. Leo de verdachte vindt het allemaal wat overdreven. ‘Ja. Ik was boos. Maar ik heb misschien één klap gegeven.’
Leo blijft achter, samen met zijn vriend Robert. Boos besluiten ze verhaal te halen. Leo: ‘Ik wilde naar de woning van Alex. Om het op te lossen.’
Daan is ook nog in de disco. Daan is bevriend met Alex en Henk. In de rechtszaal wordt Daan de dunne genoemd. Leo en Robert dwingen Daan met hen mee te lopen. Doet hij dat niet, dan dreigen ze hem neer te steken. Of dood te klappen. Ze zouden hebben gezegd: ‘En dan zullen je ouders je morgen niet meer zien’. Dunne Daan is zo bang dat hij begint te huilen. Hij is vooral doodsbenauwd voor die Robert.
Met de armen in de lucht loopt Daan voor hen uit, richting de woning van de opa van Alex. Dat Daan mee moet lopen, onder dwang, moet in deze kwestie de wederrechtelijke vrijheidsberoving heten. Gijzeling vinden juristen ook goed.
De officier van justitie zegt dat Daan halverwege de benauwde wandeling zijn portemonnee moet afgeven. Met daarin tachtig euro. Leo zou tegen Daan hebben gezegd (geschreeuwd) dat hij het geld maar terug moet vragen van Alex en Henk. Die hebben immers zijn geld. Leo en Robert (hij zit ook in de rechtszaal als verdachte) hebben een andere lezing. Ze hadden wel om de portemonnee gevraagd, maar geen geld weggenomen want er zat helemaal niks in. Maar Daan heeft aangifte gedaan en dat is volgens de officier van justitie voldoende om te kunnen spreken van afpersing dan wel diefstal met geweld.
De misdaad eindigt naast de woning van opa. Alex komt naar buiten, volgens Leo gewapend met een busje pepperspray. Leo geeft Alex – drie jaar lang waren ze vrienden – een klap tegen het hoofd.
Rechters: ‘Deed u dat met de vuist?’
Leo: ‘Niet eens.’
Dertig maanden gevangenisstraf, waarvan tien maanden voorwaardelijk. Dat is twintig maanden zitten. Medepleger Robert krijgt een eis van achttien maanden om de oren, half jaar voorwaardelijk. Is een jaar zitten.
Leo heeft spijt dat het zo is gelopen. Het was, zegt hij tegen de rechters, een opeenstapeling van alcohol en boosheid. Dat hij dunne Daan de stuipen op het lijf heeft gejaagd, dat zit ’m dwars. Dat had niet gemoeten. Leo wil wel met Daan praten. Als die dat ook wil. Met Alex, zijn oude vriend en klasgenoot, wil hij dat niet. De gebeurtenissen maakten dat hij van de zeevaartschool is gestuurd waarmee zijn droom van een leven op zee in het water viel. Hij had het nog geprobeerd in Harlingen, maar toen Harlingen contact zocht met Delfzijl, was hij ook daar niet welkom. School als rechter.
Daan heeft een eis tot schadevergoeding ingediend. Hij wil die tachtig euro uit zijn portemonnee terug. En 1250 euro smartengeld. Leo zegt dat hij die 1250 euro wel wil betalen, maar niet die 80 euro. De portemonnee was echt leeg.
De advocaat van Robert sneert richting de officier van justitie: ,,Als dit allemaal zo erg is, waarom wacht het Openbaar Ministerie dan een jaar met vervolgen? ,Mijn cliënt heeft zijn leven op de rails. U heeft het recht verspeeld een zo zware straf te eisen.” Advocaat Fred Kappelhof zegt dat twintig maanden zitten voor Leo, voor een uit de hand gelopen avond, voor een 24-jarige jongen die met een been aan boord van een schip stond, die positief in het leven staat, veel te veel is.
In de rechtszaal heet dat buiten alle proporties.
Daarbuiten: Zijn ze nou helemaal gek geworden?
Rob Zijlstra
update – 2 juni 2017 – uitspraken
De rechters vonden het misschien ook wel, dat de officier van jusititie een beetje doorsloeg.
Leo is vrijgesproken van de afpersing. Uit niets blijkt dat hij een aandeel heeft gehad bij de portemonee. Wel is hij veroordeeld wegens de vrijheidsberoving en tweemaal een mishandeling. Robert heeft zich volgens de rechters schuldig gemaakt aan vrijheidsberoving en afpersing.
De straffen vallen fors lager uit. Leo krijgt 270 dagen celstraf waarvan 250 voorwaardelijk. De 20 resterende dagen heeft hij al uitgezeten. Die 250 dagen gelden als een stok achter de deur. Naast dit: een taakstraf van 240 uur. En het betalen van een schadevergoeding van 1150 euro.
Robert (jeugddetentie): 276 dagen waarvan 250 voorwaardelijk, idem. en ook een taakstraf van 240 uur. Hij hoeft geen schadevergoeding te betalen omdat die alleen was ingediend in de zaak van Leo.
Over Leo schrijven de rechters dat hij goed bezig is met zijn toekomst. Een gevangenistraf moet die ontwikkeling niet in de weg staan. Ook is hij al zwaar bestraft doordat hij van zijn opleidng is gestuurd waardoor hij in financiele problemen in gekomen. De rechters: ‘Hij heeft zijn toekomstperspectief zien veranderen.’
Alcohol en vriendschap gaan niet samen.