Onder het motto ‘misdaad mag niet lonen’ wordt crimineel geld afgepakt. De bedragen spreken tot de verbeelding, de praktijk is weerbarstig.
Rechters rekenen anders. Het bedrag dat uiteindelijk door rechters is toegewezen bedroeg vorig jaar 3,6 miljoen euro. In ruim een kwart (52) van alle zaken werd de vordering zelfs volledig afgewezen.
Of die 3,6 miljoen euro inmiddels is bijgeschreven op de rekening van BV Nederland is een andere vraag. Het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) – de club van ook de verkeersboetes – is landelijk belast met het innen en dat laatste blijkt een lastige klus. Er liggen nogal wat onbetaalde rekeningen.
’t Schijnt dat criminelen ook geld uitgeven aan mooie dingen of het via slimme constructies hebben geïnvesteerd in de legale bovenwereld.
De pluk-ze-wetgeving bestaat in maart 25 jaar. De wet heeft niet gebracht wat de bedenkers er in 1993 van hadden verwacht. Het blijkt een veel minder krachtig middel om er de misdaad mee te bestrijden. Een van de problemen is dat het schort aan samenwerking tussen verschillende instanties als de politie, het OM, de belastingdienst en financiële instellingen (banken).
Dit laatste zegt advocaat-generaal Joep Simmelink, werkzaam bij het Ressortparket Arnhem Leeuwarden. Hij is ook hoogleraar aan de Universiteit Maastricht en gespecialiseerd in het plukken van misdaadgeld. In de zogenoemde Togacolumn (NRC Handelsblad) stelde hij recent dat justitie vorig jaar landelijk gezien zo’n 80 miljoen euro na tussenkomst van de rechter wist te ontfutselen aan de portemonnee van criminelen. Een hoop geld, maar een schijntje wanneer je bedenkt dat er een slordige vijf miljard euro omgaat in de Nederlandse misdaadeconomie. Aldus de hoogleraar.
In de rechtbank van Groningen dient donderdag een bijzondere strafzaak. Het OM vordert bijna 1,7 miljoen euro van een 41-jarige man uit Groningen. Een tweede man (40) krijgt een rekening van 310.110 euro gepresenteerd. Dat het OM dit met misdaad verdiende geld wil hebben, werd al in 2012 aangekondigd. In dat jaar werden de mannen veroordeeld wegens drugshandel.
Het ging om een omvangrijke handel in hennep vanuit de binnenstad van Groningen met vooral afnemers in Duitsland. Duitse undercover-agenten werden destijds ingevlogen om de verdachten in Groningen te kunnen aanhouden. De Duitse agenten deden zich voor als kopers. Het onderzoek was in 2010 begonnen.
Sommige zaken hebben even tijd nodig, maar ruim zes jaar doen over een ontnemingsvordering is zelfs voor rechtbankbegrippen lang. En het einde is ook nog niet in zicht, verwacht strafrechtadvocaat Heiko Eckert. Hij staat de 41-jarige Groninger bij.
Eckert betwist de hoogte van het bedrag. Probleem (zeker voor verdachten) is dat justitie niet met keiharde bewijzen op de proppen hoeft te komen zoals dat wel is vereist in een reguliere strafzaak. De pluk-ze -wetgeving vindt het voldoende dat de hoogte van het op te eisen bedrag aannemelijk wordt gemaakt.
De gevorderde 1,7 miljoen euro is volgens de advocaat gebaseerd op slechts uitlatingen van een politie-informant. Eckert: ,,Ik wil die informant horen als getuige. Dat is tot nu toe niet gelukt. Wordt het bedrag toegewezen, dan gaan we in hoger beroep en desnoods door tot de Hoge Raad. Dan wordt het wel 2023.’’
rob zijlstra
dit verhaal staat vandaag ook in Dagblad van het Noorden en de Leeuwarder Courant
> lees ook het rechtbankverslag (2012) over deze zaak: undercover
> togacolumn van Joep Simmelink
Goed om te lezen dat advocaten rammelende wetgeving aan durven te vechten.
Vollgestopft? Ich finde,dass das neue Drachental, gerade im Gegensatz zu seiner ursprünglichen Location, doch scheinbar beachtlich mehr Platz bietet. Und die hohen Decken lassen es obendrein geräumiger wirken. Da bin ich wirklich noch ganz andere beengte Örtchen gewöhnt. ISt natürlich immer noch was anderes als in den Staaten da hab ich ein, zwei Läden gesehenin rustikaler Holzoptik (dass Deckard Cain nicht noch “Stay a while and listen gerufen hat, war fast überraschend) und mit jeder Menge Platz. Aber da sieht der Quadratmeterpreis halt auch anders aus. 🙂