Er is deze week zonder ruchtbaarheid een einde gekomen aan een hoogst opmerkelijke strafzaak. Aan misschien wel de meest merkwaardige rechtsgang in jaren. Een man die volgens de rechtbank in Groningen een moord pleegde, wordt niet langer strafrechtelijk vervolgd. Want? Er blijkt geen misdaad.
En er was al geen lijk.
Na een misdaad komt – als het goed is – de politie. En zodra de politie is gekomen en een verdachte in de kladden is gegrepen, heet het in de berichtgeving dat daarmee ook het misdrijf is opgelost. In het jargon van de politie plegen aangehouden verdachten de misdrijven, terwijl in werkelijkheid de daders dat doen.
De politie meldt successen, nooit de vrijspraken. Het verbaasde dus niet dat de politie in Groningen deze week niet wereldkundig maakte dat een opgeloste moord terug moet naar de afdeling koude klussen, de afdeling niet-opgelost.
Ook van de kant van het Openbaar Ministerie bleef het stil. Het rollebollende Openbaar Ministerie heeft momenteel intieme affaires aan het hoofd en kan daar even geen core business bij gebruiken.
Het zit zo. In januari 2013 veroordeelt de rechtbank in Groningen de dan 35-jarige Cafer tot twaalf jaar gevangenisstraf. De veroordeelde is het er niet mee eens en gaat in hoger beroep, zodat hij weer verdachte wordt. Het beroep slaagt. In december 2017 wordt de man door het gerechtshof in Leeuwarden vrijgesproken. Daar is het Openbaar Ministerie het weer niet mee eens en dus wordt cassatie ingesteld bij de Hoge Raad, ons hoogste rechtsorgaan.
Deze week werd bekend dat de cassatieprocedure door het Openbaar Ministerie is ingetrokken. Ze geloven niet meer in het eigen gelijk. En daarmee is de vrijspraak van Cafer definitief een feit.
De kwestie. In april 2010 verdwijnt de 45-jarige schaker Michael de Vrieze van de aardbodem. De Vrieze woont in Burum, maar verblijft vaak in Groningen, bij de tante van Cafer. De vermissing van de Fries leidt tot een politieonderzoek en in dat onderzoek komt Cafer als verdachte naar voren. De verdenking: Cafer heeft Michael de Vrieze om het leven gebracht.
Ze kunnen het hem echter niet vragen: Cafer is kort na de verdwijning met een enkeltje naar Turkije vertrokken, naar het land dat geen onderdanen uitlevert. De vlucht naar Turkije is voor de politie een bevestiging van schuld. Waarom anders er zo rap vandoor?
Anderhalf jaar weet Cafer buiten het zicht van Nederland te blijven. Maar in december 2011 vliegt hij van Turkije naar Moskou. Dat had hij misschien niet moeten doen. Hij staat internationaal gesignaleerd. Hij wordt in Moskou aangehouden en in afwachting van het uitleveringsverzoek van Nederland opgesloten in een stinkende en tochtige Russische gevangenis. Na vier maanden hel wordt hij overgedragen aan Nederland. En in 2013 veroordeeld tot twaalf jaar.
Het doorslaggevende bewijs is bloed. In de woning in Groningen waar Cafer woonde en waar Michael de Vrieze vaak verbleef worden zoveel bloedsporen aangetroffen dat het niet anders kan dan dat daar een misdrijf is gepleegd. En dat De Vrieze daar het slachtoffer van is, want het is zijn bloed. Lastig blijft wel dat het lichaam van De Vrieze niet wordt gevonden, tot op de dag van vandaag niet.
Maar een moord zonder lijk kan. De veroordeelde Cafer gaat in hoger beroep.
In de aanloop naar het nieuwe proces gebeurt er iets vreemds. Op verzoek van advocaat Jac Taekema wordt opnieuw onderzoek gedaan naar het in de woning aangetroffen bloed. Een deskundige van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) concludeert dat wat de politie bestempelde als veel bloed, in werkelijkheid heel weinig bloed is. Zo weinig dat het net de bodem van een borrelglaasje kan bedekken.
De NFI-deskundige: en dat is veel te weinig om te kunnen concluderen dat er in de woning sprake is geweest van een misdrijf zoals de politie zegt. Op grond van de bevindingen van het NFI besluit het gerechtshof dat er twijfel is. En twijfel is geen grond om iemand achter de tralies te laten zitten. Cafer mag naar huis en als vrij man zijn strafzaak in hoger beroep afwachten.
Dan komt de justitie-afdeling ‘wegwezen’ in actie. Vanwege de veroordeling door de rechtbank is Cafer ergens in de bureaucratie tot een ongewenste vreemdeling verklaard. En ongewensten mogen niks, laat staan iets in vrijheid afwachten. Cafer wordt op het vliegtuig gezet, wederom met een enkeltje naar Turkije.
En zo ook kwam het dat in december vorig jaar de stoel van de verdachte in de statige rechtszaal van het hof in Leeuwarden leeg bleef. Cafer wilde gebruik maken van het recht zijn strafzaak bij te wonen, maar mocht het land niet in. De patstelling werd door het hof eenvoudigweg doorbroken met de opmerking dat hij tijdens het proces voor de rechtbank in Groningen alles al had kunnen zeggen wat hij te zeggen had. Dat hoefde in hoger beroep niet nog een keer.
In de rechtszaal zitten de bloeddeskundigen van de politie en het NFI met hun tegenstrijdige conclusies naast elkaar. Ze kunnen – jawel – elkaars bloed wel drinken.
De politiedeskundige (veel bloed, dus misdrijf) zegt tegen de rechters dat hij een cursus bloed van een volle week heeft gevolgd, dus dat hij echt wel weet waar hij het over heeft.
De NFI-specialist (weinig bloed, geen misdrijf): ‘Mijn studie duurde geen week, maar jaren.’
Het Openbaar Ministerie kiest voor de politiedeskundige, het hof volgt het instituut. Vrijspraak.
Nu cassatie achterwege blijft is na acht jaren een einde gekomen aan een lange weg waarop het recht zijn beloop heeft gehad. Michael de Vrieze is nog altijd van de aardbodem verdwenen evenals de man die daar de hand in heeft gehad. Voor de nabestaanden moet dit vreselijk zijn.
Hoe het kan dat veel bloed ineens heel weinig bloed wordt, blijft vooralsnog een raadsel. Misschien dat politie en justitie en ook de afdeling ‘wegwezen’ zich nog eens achter de oren krabben. En wellicht vragen rechters in Groningen zich af of hoe verstandig het is om forensische deskundigheid toe te dichten aan de politie.
En Cafer?
De man zat zo’n 1300 dagen naar achteraf blijkt ten onrechte in de gevangenis. De compensatie voor afgenomen vrijheid bedraagt tachtig euro per dag. Met misschien een extraatje erbij voor de vier verzwarende maanden in de stinkende gevangenis van Moskou.
Wie gaat dit betalen?
Wij.
Reken maar.
Rob Zijlstra
→ meer berichten over deze kwestie, inclusief het arrest van het hof op: patstelling
Met een cursus van een week moet je wel deskundig zijn, tenminste als je bij de politie werkt
Wat een verhaal. Goed dat jij het optekent.
Complimenten voor deze publicatie!
Het bewijst wederom dat politie en Openbaar Ministerie de democratische rechtsstaat ondermijnen en zichzelf boven de wet stellen. Sinds de commissie Van Traa is tunnelvisie verboden, maar binnen de opsporing en vervolging wordt tunnelvisie boven waarheidsvinding geprevaleerd. Bewust veronderstellingen en aannames als feiten te beschrijven en ontlastend bewijs te negeren, wordt de rechtsorde ernstig wordt geschokt!
Vertrouwen komt te voet en gaat te paard!