BLOGWEBBEL
De Rechtbank Noord-Nederland heeft een strafzaak stilgelegd omdat de voortgang door toedoen van het Openbaar Ministerie (OM) te traag verliep. De verdachte – rijden onder invloed en zonder geldig rijbewijs – kan nu niet meer worden vervolgd. Het OM kan niet in hoger beroep.
Advocaat Evert van der Meer – hij stond de verdachte bij – noemt de uitspraak bijzonder. Persrechter Fred Janssens van de rechtbank Noord-Nederland beaamt dit. ‘Dit komt niet vaak voor.’
In januari 2016 werd de man, een inwoner van Loppersum, in zijn auto aangehouden. Hij had te veel gedronken terwijl zijn rijbewijs ongeldig was verklaard. Juridisch gezien gaat het hier om twee misdrijven.
In april van dat jaar moest de man zich verantwoorden bij de politierechter in Groningen. Tijdens de zitting werd de zaak op verzoek van het OM aangehouden. Daarna bleef het stil. De verdachte heeft een paar keer geïnformeerd bij het OM wanneer ze strafzaak zal worden voortgezet. Hierop werd niet gereageerd.
De laatste keer dat de man aan de bel trok was in januari dit jaar. Nu reageerde het OM wel: met een dagvaarding voor juni dit jaar. De man besloot de rechtbank te verzoeken de zaak te beëindigen omdat het zo lang heeft geduurd.
Tijdens die zitting, twee weken geleden, wilde het OM van een vroegtijdige beëindiging niets weten. ‘Het is van maatschappelijk belang dat een strafzaak rond rijden onder invloed voor de rechter wordt gebracht, ook al is het langer dan twee jaar geleden’, betoogde de officier van justitie.
Hij erkende wel dat er binnen het OM ‘planningsproblemen’ zijn waardoor zaken lang op de plank blijven liggen.
De rechtbank vindt het handelen van het OM in strijd met de beginselen van een behoorlijke procesorde, zo staat in het vonnis. Anders gezegd: door het stilzitten van het OM heeft de verdachte te lang in onzekerheid verkeerd. Niet de verdachte, maar het OM wordt hiervoor afgestraft.
De kwestie staat niet op zichzelf. Veel strafzaken die door het Openbaar Ministerie aan de rechtbanken worden voorgelegd zijn relatief oud. Vaak krijgt een verdachte enige compensatie door een korting op de straf.
Het besluit van de rechtbank moet evenwel niet worden uitgelegd als een signaal naar het OM om voortvarender te werk te gaan, zegt persrechter Janssens. ‘Het OM moet sowieso zaken voortvarend behandelen, dat staat nu eenmaal in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Een rechtbank geeft ook geen signalen. Rechters beoordelen iedere zaak afzonderlijk.’
UPDATE – 30 mei 2018 – reactie Openbaar Ministerie
OM: de rechtbank zelf is het probleem
Niet bij het Openbaar Ministerie (OM), maar problemen bij de rechtbank Noord-Nederland maken dat strafzaken soms onnodig lang duren.
Dit zegt woordvoerder Ernst Koelman van het OM in een reactie.
Het OM kaatst de bal terug.
Het OM laat weten verrast te zijn door de uitspraak. ,,We beschouwen het als een unieke en op zichzelf staande zaak. Het OM bestudeert de mogelijke gevolgen en vervolgstappen’’, zo laat woordvoerder Koelman weten. Het OM kan niet tegen de beslissing in hoger beroep.
Tijdens de zitting weet de officier van justitie de trage rechtsgang aan problemen bij het ‘verkeersparket’ van het OM in Utrecht.
Nu zegt het OM dat die problemen goeddeels worden veroorzaakt door een fors tekort aan zittingscapaciteit bij de rechtbank Noord-Nederland. ‘Het OM wil graag meer zaken, sneller kunnen aanbrengen. Maar daar moet wel ruimte voor zijn bij de rechtbank’ , luidt de reactie.
De noordelijke rechtbank kampt met een rechterstekort waardoor veel minder strafzaken kunnen worden behandeld dan het OM (als leverancier van zaken) zou willen.
De woordvoerder e-mailt: ‘We weten dat de rechtbank hier hard aan werkt en hopen dat dit probleem snel wordt opgelost.’
Rob Zijlstra
→ dvhn – trage rechtsgang, korting op straffen
→ artikel 6 europees verdrag voor de rechten van de mens