Ik keek en luisterde afgelopen week naar drie inbrekers. Twee van de drie zijn jongelingen, zij staan misschien wel aan het begin van een carrière. De derde is een oude rot die met inbreken wil stoppen. Hij wil nu ervaringsdeskundige worden.
De oude rot heet Rick, is 44 jaar, geboren in Winschoten. Ooit ging het goed met hem. Hij was laborant met een baan. Hoe het is gekomen werd in de rechtszaal niet verteld, maar op een dag was Rick geen laborant meer, maar junk. Vandaag de dag heet dat een verslaafde veelpleger. Hoe dan ook, de drugs namen de regie van zijn leven over en er was geen ontkomen aan; de drugsverslaving vloog als een lelijke vogel achter hem aan.
In 2012 – Rick was toen al een jaar of tien op inbrekerspad – legde de rechtbank hem de zogenoemde isd-maatregel op, bedoeld voor veelplegers als hij. De maatregel betekent dat je twee jaar op water en brood leeft en heel veel hulpverlening moet ondergaan. Toen hij klaar was, leek hij genezen. Er kwam een vriendin en hij keerde niet terug naar zijn foute vrienden. Het zou toch nog goed komen.
Dus niet. De lelijke vogel had hem opgewacht. De relatie liep stuk en met niks keerde Rick terug naar Groningen. Binnen een dag was hij weer junk. Tegen de rechters zegt hij: ‘Groningen is mijn grootste fout geweest.’
Verslaafde veelplegers leven van onze spullen. En die spullen zijn overal, wat het leven van mannen als Rick enigszins dragelijk maakt. Inbreken is voor hen een makkie. Je hebt er niet eens lef voor nodig, zegt zijn advocaat Cees Eenhoorn die al bijna veertig jaar inbrekers bijstaat.
Eenhoorn: ‘Wie verslaafd is, is zonder geweten. Zolang er drugs in het lichaam zijn, is het geweten uitgeschakeld. Bij een verslaafde draait alles om ikke ikke, ikke, je bent een top-egoïst. Het is de slechtste eigenschap van de drugsverslaafde.’
Rick knikt. Als deskundige kan hij dat beamen. Nu, nu hij in de rechtszaal zit, heeft hij spijt. ‘Als je gaat inbreken denk je daar niet aan.’ Hij drong woningen binnen waar mensen lagen te slapen. Een vrouw had keihard gegild, hij trof eens een man in de blote kont. Rick: ‘Dat is dan best wel wat ongemakkelijk, maar ja…’
Hij had gezien dat op de eerste verdieping een deur openstond en dat er een brandtrap was. ‘Binnen kwam ik een meneer tegen. Die zei dat ik weg moest gaan. Dat snap ik nu wel, maar toen dus niet.’ Hij ging er vandoor met een tosti-ijzer en een messenset. Elders zag hij zomaar op de grond een koevoet liggen, hij wrikte toen maar een bovenraampje open, een tablet was zijn buit.
Een ladder in een voortuin inspireerde hem om via het balkon door een openstaand raam te klimmen. Zo werd hij sieraden rijker. Elders in de wijk (Helpman Groningen) ging het mis. Toen hij door een raampje wilde kruipen kukelde hij naar beneden en scheurde zijn spijkerbroek. Hij nam mobiele telefoons mee, maar liet onbedoeld een lapje spijkerstof achter. De politie onderzocht dat (dna) en toen de uitslag binnenkwam zeiden de agenten: ‘Kijk nou, ’t is onze Rick.’
Rick heeft alles opgebiecht en de aangerichte schade wil vergoeden. Lijkt hem logisch. De officier van justitie komt met een dreigend verhaal over leedtoevoeging, ‘een van de doelen van straf’. Zegt dat hij in deze zaak wel drie jaar cel kan eisen. Maar ook dat hij de behandeling die Rick momenteel in een kliniek ondergaat niet wil doorkruisen met een kale celstraf.
Wat volgt is maatwerk. De aanklager eist 646 dagen celstraf waarvan 540 dagen voorwaardelijk. Het verschil is het aantal dagen dat Rick al heeft vastgezeten. Voorwaarde is dat hij in de kliniek blijft, voor nog zeker een jaar. En daarna moet hij minimaal drie jaar van de drugs en de drank afblijven. Doet hij dat niet, dan wachten hem die 540 dagen celstraf. En om toch nog wat ongemak toe te voegen: een taakstraf van 180 uren. Dit zijn de eisen.
Rick belooft de rechters dat hij nooit weer in Groningen zal komen, zijn toekomst als ervaringsdeskundige zal in de regio Zutphen zijn. Een van de gedupeerden, een grote man, hoort het maatwerk hoofdschuddend aan. Rick had bij hem een elektrische fiets uit de garage gehaald. Op klaarlichte dag. De man zegt tegen Rick, op vriendelijke toon, dat wel: ‘Wees blij dat de politie je heeft gepakt en niet ik.’
Rick knikt, hij begrijpt wat de grote man bedoelt.
De twee jongelingen zijn Jaap en Jopie, 18 en 20 jaar. Zij begrijpen er nog niet veel van. Ze hebben ingebroken in de voetbalkantine van FC Ter Apel en in het gebouw van de tennisclub. De buit: kratten bier, tv-toestel, een laptop, honderden euro’s. Waarom ze het deden? Tja. Weet niet. Zomaar of zo. Spijt? Jaap: ‘Ja.’ Jopie: ‘Pff.’
Onder invloed? ‘Heel veel speed.’
Ze hadden ook een woning ‘gedaan’, een woning van een kennis waarmee de moeder van Jopie ruzie had. Ze wisten dat de bewoners op vakantie waren. Spullen van waarde werden meegenomen en voor weinig verpatst bij Used Products in Emmen. Wat in de woning achterbleef, werd vernield. De foto’s uit de lijstjes aan de muur, de spaarpotten op de kinderkamers, het terrarium met daarin een vogelspin. De officier van justitie spreekt van plundering.
Jaap en Jopie zeggen dat dat van het inbreken wel klopt ja. Maar die vernielingen? Weten ze niet meer. Vergeten.
Het is ook al vijf maanden geleden.
Hun detentie is geschorst, ze zijn in behandeling en als ze dat vol weten te houden, hoeven ze wat het Openbaar Ministerie betreft niet terug naar de gevangenis. Dat hebben ze te danken aan het positieve advies van de reclassering die de toekomst van de twee beginners met vertrouwen tegemoet ziet.
Jopie is het daar roerend mee eens: ‘Als alles nu positief is, waarom zou het dan weer negatief moeten worden?’
Jaap, voor alle zekerheid: ‘Als ik wel terugmoet naar de gevangenis, wil ik naar een gevangenis voor volwassenen. Van jeugddetentie word ik niet beter.’
Onervaren hangen ze in de verdachtenbank, verveeld, af en toe grimassen ze wat naar elkaar. Jopie zegt dat hij chagrijnig wordt van alle vragen van die rechters.
Ze weten niet dat buiten de vogel wacht. Een stevig gesprek met een ervaringsdeskundige zou voor Jaap en Jopie zo gek niet zijn.
Rob Zijlstra
de uitspraken volgen
→ Inrichting voor Stelselmatige Daders – isd
→ Used Products in Emmen laat weten niet blij te zijn met de vermelding in dit verhaal. Het bedrijf zegt dat er alles aan wordt gedaan om te voorkomen dat gestolen spullen worden ingekocht. Verkopers moeten zich legitimeren en worden opgenomen in een inkoopregister. De politie kijkt mee. Het kan onbedoeld fout gaan, bijvoorbeeld als aangeboden goederen nog niet als gestolen staan geregistreerd [rz]
Mooie verhalen. Maar blijf me verbazen over de slapheid bij onze rechtspraak. Strafeisen die voornamelijk bestaan uit voorwaardelijke straffen. Onze rechtspraak is dringend aan herziening toe.
Ja, ben het helemaal eens met Frank zij stukje. Rechtspraak moet geen pardon kennen.
Er is maar een manier om de lelijke vogel te ontlopen en dat is na het afkicken eventuele onderliggende problemen aan te pakken en vooral het hele leven spontaan om te gooien. Zoals verdachte zelf zegt, niet terug naar Groningen maar ergens anders heen. Als het kan zou ik zelfs het buitenland suggereren (en nee daarmee suggereer ik niet dat Nederland drugsverslaafden in andere landen moet dumpen, daarmee suggereer ik dat een sterkere verandering de kans verkleint dat iemand opnieuw aan de drugs gaat). Bij veel Amerikaanse soldaten die in de Vietnamoorlog met heroïne in aanraking kwamen, is de lelijke vogel niet meegevlogen naar de VS maar in Vietnam gebleven. Het probleem is dat de meeste mensen deze radicale ommezwaai niet kunnen of durven maken.