Het is sneller, veiliger en goedkoper, verkondigde de Raad voor de Rechtspraak enthousiast. Dat stond in de krant. De rechters zagen ongekende mogelijkheden. Door heel het land zouden straks getuigen, slachtoffers, deskundigen en verdachten op afstand gehoord kunnen worden.
De geestdrift was niet uit de lucht komen vallen. De rechtbanken in Maastricht, Den Haag en Haarlem hadden proefgedraaid en het succes was zo groot dat alle rechtbanken in Nederland, alle detentiecentra en alle huizen van bewaring faciliteiten zouden krijgen voor telehoren.
Met videoverbindingen zouden de boevenbusjes met verdachten op weg naar de rechtbanken nooit meer in de file hoeven te staan, rechtszaken zouden, hoe efficiënt, voortaan altijd op tijd beginnen. Extra (dure) veiligheidsmaatregelen voor gevaarlijke criminelen konden voortaan achterwege blijven. En wat al niet meer.
Het stond in de krant van 18 maart 2008.
Dat was de tijd waarin het begrip sneller nog werd verward met beter. Het was ook de tijd dat managers de rechtspraak stevig in hun greep kregen, wat het enthousiasme voor goedkoper verklaart. En veiliger doet het altijd goed, want wie is daar nou tegen?
Het was ook de tijd waarin de vooruitgang definitief een digitale zou wezen. Van alles zou mogelijk worden. Onder het krantenbericht over het ‘Verhoor op afstand door de rechtbank’ stond een artikel waarin werd aangekondigd dat gewone mensen binnenkort via webcams 24 uur per dag het leven van vogels in hun nesten kunnen volgen. Vogelbescherming Nederland had kleine camera’s geplaatst in de nestkasten van steenuilen, torenvalken, gierzwaluwen, ijsvogels en de grote sterns. Vogelliefhebbers waren net zo enthousiast als de rechters.
In 2011 was de rechtbank van Groningen aan de beurt om de stap naar de toekomst te zetten. Zittingszaal 11, de grote zaal op de begane grond, werd gesloopt en herbouwd tot een telezittingszaal. Weken waren er mannen aan het werk.
Geen hoekje buiten beeld
Aan het plafond kwam een batterij speciale lampen te hangen om de deelnemers aan het strafproces nieuwe stijl goed uit te lichten, er kwamen camera’s, zo ingesteld dat geen hoekje meer buiten beeld bleef, veertien beeldschermen werden geïnstalleerd, aan de muren, aan het plafond en weggewerkt in het nieuwe meubilair. De vloer werd verhoogd om alle kabels te verbergen. En er werd, ook dat nog eens, slimme software geïnstalleerd.
Zittingszaal 11 werd een van de meest geavanceerde zalen van heel het noorden. Ik weet niet wat het heeft gekost, maar daar gaat het nu niet om.
Iets wat met verve begint kan erbarmelijk eindigen. De digitalisering van de rechtspraak – die veel verder ging dan hier een camera en daar een beeldscherm – is uitgelopen op een dwaling van heb ik jou daar. In 2018 werd de stekker uit de rechtspraak voor de toekomst getrokken. Er was meer dan 220 miljoen euro uitgegeven voor iets wat 7 miljoen had mogen kosten. En niks werkte.
Ook zittingszaal 11 bleef met alle hightech al die jaren een gewone rechtszaal op de begane grond. De zaal stond of leeg of er werden winkeldieven, vechtersbazen, hennepkwekers en mannen met drank op achter het stuur berecht. De beeldschermen lieten zelden iets zien, de camera’s registreerden niks.
Flinke commotie in de buurt
Toen werd het 21 april 2020, de dag waarop Bert terecht moest staan. Buiten stond een stevige oostenwind. Bert werd verdacht van vernieling, brandstichting, bedreigingen met lelijke woorden en van wederspannigheid met letsel. Hij had een agent in de arm gebeten. Mede vanwege de alcohol was hij danig in de war aangehouden op het dak van zijn woning, wat in de buurt flinke commotie had veroorzaakt. Nu zit Bert opgesloten in de penitentiaire inrichting van Leeuwarden.
De rechtbank moest beslissen of hij in detentie moet blijven of dat hij naar huis mag, in afwachting van zijn proces ergens in juli. Bert wil naar huis. Om zijn standpunt toe te lichten wilde hij naar de rechtbank komen. Dat recht heeft hij. Maar omdat nu alles anders is, kon aan dat recht niet worden voldaan.
De rechters van zittingszaal 14 zeiden ineens: hé, zittingszaal 11. Is die zaal niet eens verbouwd van een gewone rechtszaal in een telerechtszaal? Zo geschiedde. De pers werd geïnformeerd. Aanvang negen uur. Ik trotseerde de verraderlijke oostenwind om op tijd op de rechtbank te zijn. Uit ervaring weet ik dat als ik iets te laat ben, rechtszaken steevast op tijd beginnen. Iets voor negenen gluurde ik bij 11 naar binnen, de rechters zeiden: ,,Even geduld, nog een paar minuten.’’
Maar zo ging het niet. Het werd kwart voor tien toen bekend werd gemaakt dat zittingszaal 11 het niet deed en het die dag ook niet meer zou gaan doen.
Gelukkig zijn rechters niet van gisteren. Een van hen beschikte over een iPad. Via skype werd contact gelegd met het huis van bewaring en zo belandde Bert als zat hij in een fotolijstje dat kon praten op de tafel voor de rechters. Af en toe ging hij van hand tot hand, een paar keer hield de rechter Bert omhoog zodat hij kon zien dat zijn zaak zich afspeelde in een echte rechtszaal. Ik zwaaide even.
Cocaïne in een vioolkist
Het heeft hem niet geholpen. Bert blijft vastzitten. Vanaf de iPad zei hij: ,,Ik begrijp uw beslissing, maar ik vind het overdreven.’’ Om daaraan toe te voegen: ,,Nog wel bedankt dat u uw best heeft gedaan.’’
Joop had er, twee dagen later, ook op aangedrongen dat hij aanwezig moest zijn bij zijn strafzaak. Anders dan Bert mocht Joop komen. De verdenking: het voorhanden hebben van twee vuurwapens, twee gram cocaïne in een vioolkist en vier valse bankbiljetten.
Joop praatte de rechters de oren van het hoofd. Hij vertelde dat hij weliswaar een terugval had naar detentie, maar dat hij in feite de goedheid zelve is. Met een vooruitzicht van nog maanden langer vast verliet hij na een woordenwaterval van twee uur de rechtszaal. Een lelijke tegenvaller, maar niettemin zei hij tegen zijn rechters: ,,Respect voor jullie dat jullie mijn zaak toch willen behandelen.’’ Met een kapje voor zijn praatmond werd hij afgevoerd.
Geen gebrek
Ik voorspel dat het voorlopig niets zal worden met dat telehoren. De toekomst is aan de strafzaken met in de rechtszaal aanwezige verdachten. En aan zaken zal straks geen gebrek zijn, want al weken stapelen de strafdossiers die schreeuwen om een rechterlijk oordeel zich op.
De toekomst laat overigens nog wel even op zich wachten. De komende week is het meivakantie en als de scholen dichtgaan, schakelt de strafrechtspraak traditioneel over naar de laagste stand van zijn.
Crisis of geen crisis.
Rob Zijlstra

18 maart 2008