Niks wou

Het was een beetje gemeen van de rechters. Ze zeiden tegen de verdachte dat het net leek alsof het hem niet interesseerde, dat ze stellig de indruk hadden dat het hem niet raakte. Terwijl het wel om een heel ernstige zaak gaat, met nabestaanden in de zaal.

De rechters zeiden dit tijdens de ondervraging van de verdachte, het deel van een strafzaak waarin de rechters door vragen te stellen op zoek gaan naar waarheid. Rechters horen de waarheid te beminnen. Maar wat ze zeiden was geen vraag, het was een constatering. Ze vonden al iets.

Een verdachte staat bij aanvang van een strafproces met 3 – 0 achter. Je hoeft je onschuld niet te bewijzen, maar je moet je wel zien te redden uit een uiterst netelige situatie. Een verdachte bungelt altijd boven een zekere afgrond, of hij het nou gedaan heeft of niet.

Wie ooit heeft moeten terechtstaan weet dat het verdachtenbankje niet de plek is om de stoere Johannes uit te hangen. Ik heb doorgewinterde criminelen, schuldig en soms onschuldig, in de verdachtenbank zien huilen. Dat is niet erg, ’t is ook niet om medelijden mee te hebben, het is even voor het idee.

Wie wordt verdacht van een misdaad staat publiekelijk in de blote kont. De meeste mensen vinden de blote kont geen prettige omstandigheid om in te staan. Het maakt dat je dan even niet helemaal jezelf bent, dat je gespannen bent. Zenuwachtig. Rechters weten dat heus wel. Vandaar dat de opmerking, het lijkt alsof het je niet raakt, een gemene was.

Ronald, 26 jaar, heeft een man doodgereden.

Dat wil zeggen dat hij de auto bestuurde die een man op de fiets aanreed waarbij de fietser werd gelanceerd en via de voorruit in de greppel naast de weg belandde. Freerk, 48 jaar, was op slag dood.

Het gebeurde rond drie uur ’s middags op een smalle weg iets ten noorden van Spijk, daar waar de Eemshaven op het punt staat te beginnen.

Toeristen op sportfietsen sloegen alarm toen zij verspreid over het weggetje boodschappen zagen liggen. Ze reden eerst door, maar keerden weerom, zagen in de berm een fiets met kapotte fietstassen. Toen vonden ze Freerk.

In korte tijd wemelde het er van de politieauto’s en ging een politiehelikopter de lucht in. Het bericht luidde dat een zwarte Golf bij de aanrijding betrokken zou zijn. In de Golf zouden jongemannen zitten met petjes op.

Voordat een gebeurtenis in de rechtszaal kan worden besproken moet aan die gebeurtenis een juridische kwalificatie worden gegeven. Een label. Anders kunnen juristen er niks mee.

In deze zaak zou artikel 6 van de Wegenverkeerswet in de rede liggen. Vrije vertaling: het is verboden (en een misdrijf) je in het verkeer zo te gedragen dat een ander door dat gedrag wordt gedood of zwaargewond raakt. Het gedrag moet dan flink onvoorzichtig zijn tot roekeloosheid aan toe. Bellen, appen tijdens het autorijden (rijden met half bevroren ruiten) gaat door voor flink onvoorzichtig, met 120 slingerend door de bebouwde kom scheuren neigt naar roekeloosheid.

Het ging niet goed met Ronald, al een tijdje niet. Alles zat tegen. Hij had die nacht niet geslapen, die avond ervoor had hij wat speed gebruikt, nee niet op de dag zelf. ’s Ochtends had hij een paar uur gegamed. Call of duty. Hij had weer ruzie met zijn vader, ruzie eigenlijk met iedereen. Alles ging fout.

Tegen de rechters: ,,Niks wou.’’

Hij besloot wat te gaan rondrijden, om te kalmeren. Maar kalm werd het niet. ,,Ik was goed boos, opgefokt.’’

Ronald scheurde als een idioot over de kleine verlaten landweggetjes. Gas erop.
De rechters: ,,Was uw rijgedrag niet vragen om moeilijkheden?
Ronald: ,,Ja, achteraf kun je dat makkelijk zeggen. Maar het is nooit mijn bedoeling geweest iemand te raken.’’

De politie denkt van wel. Er zijn camerabeelden waarop is te zien dat Ronald in zijn zwarte Golf langs een boerderij scheurde. Kort daarop reed hij opnieuw voorbij, maar dan in tegenovergestelde richting. Hij sloeg vervolgens de weg in waar kort daarvoor ook Freerk op zijn fiets in was gereden.

Zag hij Freerk? Reed hij hem voorbij, keerde hij om, om vervolgens achter Freerk aan te rijden om hem iets aan te doen? Had hij met Freerk een appel te schillen? Was er sprake van een afrekening? En had dat met drugs te maken? Was het doodslag? Moord?

Het zijn de vragen die zijn gesteld.

Na de aanrijding denderde Ronald verder, met een verbrijzelde voorruit richting Uithuizermeeden waar hij bij een halte over de stoep reed, rakelings langs de bus. De vrouw die nog maar net was ingestapt, kreeg de schrik van haar leven.

Eenmaal thuis belde hij de politie. ,,Ik was in paniek. Thuis kwam het besef, ik stortte een beetje in, ik hoorde toen ook van de dodelijke afloop. Toen was ik wel van slag ja.’’

Hij weet niet zo goed wat hij er nu, in de rechtszaal, nog meer over moet zeggen. ,,Er is geen dag dat ik er niet aan denk. Wat moet ik er anders van maken? Ik zit hier en ik krijg straf. Het is wat het is.’’

Er moet inderdaad worden afgerekend.

De nabestaanden zeggen tegen de rechters dat Ronald het niet waard is om in deze maatschappij rond te lopen.

Het Openbaar Ministerie heeft aan de gebeurtenis een loodzwaar label gehangen: doodslag en een poging tot doodslag (incident bij de bushalte). De eis: 6 jaar gevangenisstraf. Daarna een rijontzegging van 10 jaar (Ronald had vrachtwagenchauffeur willen worden). De officier van justitie zou ook een tbs-maatregel niet raar vinden, maar in dat geval is nader onderzoek vereist. De rechters moeten het maar zeggen.

Advocaat Fred Kappelhof vindt het label doodslag en de poging daartoe niet passen. De raadsman stelt dat dit label erop is geplakt op grond van de eerste vermoedens, toen nog werd gedacht aan een afrekening. Maar daar is niets van gebleken. De telefoons zijn onderzocht, tussen beide mannen is nooit contact geweest. Ronald en Freerk kenden elkaar niet.

De raadsman is ter plaatse geweest, heeft geprobeerd er harder te rijden dan 60 kilometer per uur. ,,Dat kan daar helemaal niet. Ronald reed daar niet harder dan toegestaan, maar wel met kabaal, de fietser schrok, keek achterom, raakte een beetje uit de baan en werd geschept. Dat is een artikel 6. En dat is geen 6 jaar celstraf.’’

Het is aan de rechters om de waarheid niet tekort te doen.

rob zijlstra

 

update – 18 februari 2021 – uitspraak
De rechters hebben Ronald vrijgesproken van doodslag en een poging tot doodslag. We is hij schuldig aan  ernstige verkeersdelicten, in korte tijd gepleegd. De rechters volgen grotendeels de raadsman en niet de officier van justitie. Ronald krijgt wel de rekening: 4 jaar celstraf waarvan een jaar voorwaardelijk. Komt hij weer buiten, dan mag hij zeven jaren geen motorrijtuig besturen, geen auto, geen scooter.

De overwegingen van de rechters staan in het vonnis (klik op afbeelding):

vonnis verkeerszaak spijk

Een gedachte over “Niks wou

  1. Pingback: ZITTINGSZAAL 14

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s