Rap en werkelijkheid

Landelijk heeft het niet heel veel aandacht gekregen, maar wat er recent in de rechtbank van Groningen gebeurde was bijzonder. De rechters besloten dat drie jeugdstrafzaken – die van de wet achter gesloten deuren moeten worden gehouden – in het openbaar moesten worden behandeld.

De advocaten waren tegen, want de wet. En hun cliënten, de verdachten, kwetsbare jonge mensen.
Van het Openbaar Ministerie had het ook niet zo gehoeven, alles in de openbaarheid.
Maar het gebeurde wel.

De rechters vinden dat iedereen moet weten wat er is gebeurd. Omdat wat er is gebeurd raakt aan een maatschappelijk probleem: aan het anno nu merkwaardige fenomeen, de totale gekkigheid, dat jongeren het vetnormaal vinden met messen rond te lopen, al dan niet geïnspireerd door drillraps.

Wat zijn drillraps?
Drillraps zijn onnavolgbare rapteksten die over geweld en het gebruik van wapens (messen) gaan en niet – zeg maar – over de liefde.

Tijdens de rechtszaak zei de officier van justitie een paar keer: ,,Het is griezelig hoe dicht de rap en de werkelijkheid bij elkaar liggen.’’

Wat er op 3 september 2020 in de schommelstoel op het schoolplein van basisschool De Vuurtoren aan de Vaargeul in Groningen is gebeurd is verschrikkelijk. Om kwart over elf in de avond werd daar de 19-jarige Chris Kalfsbeek doodgestoken. Zomaar en om niets.

Tijdens het proces kwam het aan de orde. Dat best wel veel mensen, jonge mensen, messen bij zich dragen. Best wel veel, heel veel, bijna iedereen, alle jongeren.

De 18-jarige verdachte Sven O.: ,,Er zijn heel veel jongeren met messen. Ik had een paar messen voor de sier. Op mijn kamer had ik ook drie zwaarden. Dat ik altijd een mes droeg is niet waar. Ik heb een mes gekocht toen ik hoorde dat iemand mij wilde neersteken. Maar ik had niet altijd een mes bij me, weet je. Niet als ik naar school ging of zo of naar mijn werk.’’

De logica van Sven O.: ,,Als je met een mes loopt, wil dat niet zeggen dat je ermee gaat steken. Je gebruikt een mes pas als iemand jou gaat steken. Toch?’’

Advocaat Martien de Groene zegt tegen de rechters dat ,,dit denkpatroon’’ – de logica van Sven – ,,niet uitzonderlijk is, maar een feit van algemene bekendheid”. De raadsvrouw: ,,In de buurt waar hij woont hebben alle jongeren een mes. Of ploertendoders, of boksbeugels of soms zelfs vuurwapens. Dat vindt Sven normaal.’’

Het is vandaag de dag een kwestie van jij of ik, van steken of gestoken worden.

Hoe griezelig gewoon dit wordt gevonden werd nog eens duidelijk toen op de telefoon van een van de verdachten een notitie werd aangetroffen van een rap die gaat over het doodsteken van iemand, op een manier die ruim een maand later ook daadwerkelijk gebeurt. Het was daarom dat de officier van justitie bleef zeggen hoe griezelig dicht de rap en de werkelijkheid bij elkaar liggen.

Dat alle jongeren messen dragen, kan overigens niet waar zijn. Chris Kalfsbeek was bijvoorbeeld geen jongen die messen droeg. Sven O. dichtte hem dat in zijn denkpatroon wel toe. Hij was die avond op Chris afgelopen om hem ,,voor zijn bek te slaan’’.

Maar plots zag hij, dacht hij te zien, dat Chris een move maakte, een zekere beweging. In een nanoseconde werd deze move omgezet in een signaal dat de nog niet volgroeide hersenen van Sven bereikte. Het brein waar de cannabis al flink huis had gehouden stuurde het signaal supersnel door naar de linkerarm die daarop een stekende beweging maakte.

Het was hij of ik, zei Sven O.
De officier van justitie: ,,Het is moord.’’

Een diepe steekwond in de buik werd Chris fataal. Sven had er geen woord bij gesproken. Hij was weggerend en thuis had hij het moordwapen direct schoongemaakt want hij wilde geen bloed aan zijn mes. Hij had met de medeverdachten daarna nog een biertje gedronken, even overwogen terug te gaan om te kijken hoe zijn opponent eraan toe was, maar was gaan slapen toen hij via het nieuws vernam dat Chris was overleden. Tegen de rechters: ,,Ik wist wel dat ze me de volgende dag zouden pakken.’’ Hij sliep slecht die nacht, dat dan nog wel.

Sven was op dat moment nog maar 17 jaar. Toen hij de afgelopen week de rechtszaal binnenkwam, schrok ik even. Ik zag geen bruut, geen kwaad, ik zag een vriendelijk ogende jongeman met het kind nog in het gezicht. Hij had de zoon van iedereen kunnen zijn.

Dat geldt ook voor medeverdachte Iwan die niets had gedaan maar er wel bij was geweest. Iwan was er altijd bij. Ook Iwan had messen. Dat wist iedereen, zeiden anderen. Vlindermessen, klapmessen. Die lagen standaard onder de buddyseat van zijn scooter.

Chris zou een oogje op Machella, het vriendinnetje van Sven, hebben gehad. Machella zei tegen Sven dat Chris haar lastig viel. Dat hij haar stalkte. Daarom wilde Sven Chris slaan, daarom maakte Machella een afspraak met Chris op het schoolplein.

Machella had, zei de advocaat, tegen haar jaloerse vriendje Sven gezegd dat hij alles mocht doen met Chris, maar dat hij hem niet mocht steken. De officier van justitie zegt dat Machella het net eventjes iets anders zei. Sven mocht alles met Chris doen. ,,Maar je mag hem niet steken waar ik bij ben.’’

Het is mede hierom dat niet alleen Sven, maar ook Machella wordt beschuldigd van moord. Haar rol is even slecht als die van Sven. Dat zij niet diegene is geweest die heeft gestoken doet daar niet aan af, is de stelling van de officier van justitie.

De drie jonge verdachten stonden een voor een terecht. Zo kwam het dat de ouders van Chris Kalfsbeek driemaal in de rechtszaal hun verhaal vol verdriet, machteloosheid en boosheid aan de rechters moesten vertellen. Zij deden dat groots. Wat zij zeiden, raakte. Niet alleen aan de perstafel, ik zag de moeder van Iwan huilen, ik zag de ouders van Machella en van Sven ongemakkelijk worstelen, tot tranen toe.

Ik zag een huilende Machella, ik keek naar een hevig geëmotioneerde Sven O. Eerst zo stoer, nu trillend als een rietje. Alsof hij pas in de rechtszaal besefte wat hij heeft aangericht. Met zijn kindergezicht vol tranen perste hij er een gesmoord ‘het spijt me zo’ uit.

Ik dacht, die fucking drillraps en de werkelijkheid zouden nog veel en veel dichter bij elkaar moeten liggen. Dus niet alleen moeten gaan over stoer en messen, maar ook over de bijbehorende ellende, de pijn, het verdriet. Over zinloos.

Rob Zijlstra
dit verhaal is op 22 mei 2021 gepubliceerd in Dagblad van het Noorden

4 gedachtes over “Rap en werkelijkheid

  1. Pingback: ZITTINGSZAAL 14

  2. Als ik dit lees kan ik mij wel vinden in de beslissing van de rechtbank om de deuren open te houden. Wat denk jij Rob? Prachtig stuk trouwens,

  3. Het is altijd een ware strijd om in dergelijke gevallen de toepassing van jeugdrecht te verklaren. Ze waren borderline meerderjarig, maar dan nog? Aan de ene kant spreek je over moord. Probeer aan de ouders, broers of zussen maar uit te leggen dat iemand slechts 2 jaar cel krijgt voor moord. Als die persoon een paar maanden ouder was geweest had hij/zij 30 jaar of in extreme gevallen levenslang kunnen krijgen. Valt niet uit te leggen. Aan de andere kant, moet je iemand die zo jong is direct voor de helft van zijn leven (of langer) afschrijven? Ooit zal die persoon weer moeten terugkeren in het normaal maatschappelijk verkeer. Ik denk dat de brute waarheid is dat er simpelweg geen goed antwoord bestaat. Het was, is en zal altijd een compromis blijven. Je probeert een gruwelijke daad en verstrekkende consequenties in te kaderen met wetten en dat is iets waar de mensheid sinds haar ontstaan al mee worstelt.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s