Was het een ongeluk zoals dingen per ongeluk kunnen gebeuren?
Of was het een ongeluk dat verwijtbaar is?
Die vraag moet de rechtbank in Groningen beantwoorden.
De aanleiding: een verschrikkelijk verkeersongeval bij de boot naar Schiermonnikoog.
Het is zondag 20 augustus 2017.
Lauwersoog.
Het is druk op de parkeerplaatsen en bij de parkeergarage.
Mensen komen en mensen gaan.
De afvaart van half een is aanstaande.
Mevrouw L. (64) uit Haren komt vanuit de richting van de volle parkeergarage, ze rijdt in haar auto de Zeedijk op.
Er komt een bus aan, de bus met voorrang.
En daar ergens gaat het zo ontzettend mis.
De automobiliste wijkt uit, verliest de macht over het stuur.
En rijdt in op drie overstekende voetgangers, een man en twee vrolijke kinderen die op weg zijn naar de boot, op weg naar Schier.
De man overlijdt ter plaatse.
De twee kinderen raken zwaargewond.
Een van de kinderen overlijdt later in het ziekenhuis.
Een meisje, zij is het dochtertje van de man.
Aminga heet ze, 9 jaar.
De man is Peter Luttikhuizen, 44 jaar.
Ze komen uit Groningen.
De politie meldt dat de oorzaak van het ongeluk wordt onderzocht, de bestuurster van de auto is overstuur, maar zal worden gehoord.
Agenten zeggen dat ze denken dat er geen opzet in het spel is.
De boot vertrekt die dag iets later.
Het Openbaar Ministerie heeft besloten de 64-jarige mevrouw uit Haren strafrechtelijk te vervolgen.
De vraag is niet of er opzet in het spel was.
Die is er niet.
Bij verkeerszaken gaat het niet om de opzet.
Bij verkeerszaken is de vraag of iemand een verwijt kan worden gemaakt.
Dat kan als iemand honderd kilometer per uur rijdt waar vijftig is toegestaan.
Of wanneer wij in de auto WhatsAppen, telefoneren.
Drank.
Het verwijt aan mevrouw L. is dat ze zeer onvoorzichtig dan wel onoplettend heeft gereden.
Misschien keek ze niet goed uit.
Misschien zag ze de voetgangers niet.
Of net te laat, een fatale fractie van een seconde.
Het is vooral een juridische vraag.
Het juridische antwoord is dat wie niet ziet wat er wel is, niet goed oplet en dan dus onvoorzichtig is geweest.
Dat is strafbaar en kan een misdrijf opleveren.
De strafzaak dient vanmiddag.
Bij aanvang zullen de rechters zeggen dat wat er is gebeurd verschrikkelijk is.
Dat dit een zaak is met alleen maar verliezers.
De officier van justitie zal met een strafeis komen, dat kan zelfs een eis tot vrijspraak zijn.
Maar als de rechters uiteindelijk vinden dat mevrouw L. zich schuldig heeft gemaakt aan artikel 6 van de Wegenverkeerswet – dus dat haar iets te verwijten valt – dan zullen ze ook een straf moeten opleggen.
Een straf die recht doet, maar nooit het leed zal kunnen wegnemen.
rob zijlstra
update – 25 april 2018 – eis
Het Openbaar Ministerie heeft een werkstraf van 200 uur en twee jaar rijontzegging geëist. Volgens het OM is mevrouw L. aanmerkelijk onvoorzichtig geweest. Had ze voorzichtiger gereden, dan had ze het ongeluk kunnen voorkomen. Artikel 6 van de wegenverkeerswet kan worden bewezen, zegt de officier van justitie.
update – 25 april 2018 – verslag zitting
→ Geen mens ter wereld had vandaag willen ruilen met Ingrid L.
update – 26 april 2018 – er klopt iets niet
Had de bestuurster haast en nam ze daarom risico’s? Of niet? Het lijkt mij een relevante vraag in relatie tot de schuldvraag.
Wie ruimschoots op tijd is, heeft doorgaans geen haast. Wie onverwacht (?) voor een volle parkeergarage komt te staan, op zoek moet naar een andere parkeerplaats en nog maar 25 of 12 minuten (??) heeft, die kan wat gehaast zijn. Of supergestresst raken.
Het tijdstip van het ongeluk is dan van belang. Maar het tijdstip blijkt niet bekend en kan – achteraf – ook niet worden achterhaald. Een proces-verbaal van de politie wordt in twijfel getrokken.
Ik vind dat raar. Er klopt iets niet. Ik belde met het Openbaar Ministerie. Het bericht dat dat opleverde staat hier → er klopt iets niet
update – 9 mei 2018 – uitspraak
De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van artikel 6 van de wegenverkeerswet. Van het misdrijf dus. Wel is er een veroordeling voor de overtreding: het niet verlenen van voorrang. Een taakstraf van 30 uur en een rijontzegging van 6 maanden waarvan de helft voorwaardelijk. Hieronder het vonnis.
Hoe je er ook naar kijkt, mevr. L is verantwoordelijk voor de dood van twee mensen. Dit moet bestraft worden. Een veroordeling geeft ook ruimte voor een civiele zaak voor schadevergoeding/inkomstenderving van nabestaanden.
Mooi stuk van je collega.