Rechters en verdachten spreken niet altijd dezelfde taal. Toch praten ze met elkaar. Dat levert soms bijzondere dialogen op.

Een bloemlezing.

Verlicht
Een man staat terecht voor poging tot doodslag. Hij heeft iemand te grazen genomen met een honkbalknuppel die onder zijn bed lag.
Rechter: ,,Waarom lag er een honkbalknuppel onder uw bed?’’
Verdachte: ,,Ik ben bang in het donker.’’
Rechter: ,,Huh? Geeft dat ding dan licht?’’

 

Logische vraag
Man veroorzaakt een ongeluk. Politieonderzoek wijst uit dat op het moment van de frontale botsing de telefoon via Spotify het lied Poeder in je neusgat afspeelde. Rechter: „Had u middelen gebruikt?”

Logisch antwoord
Rechter vraagt aan de verdachte hoe vaak hij in de hennepkwekerij kwam. Verdachte heeft net uitgelegd dat de kwekerij in zijn woning was ondergebracht.
Hij antwoordt: ,,Ik weet niet hoe vaak u thuiskomt?’’

Verbazing
Verdachte is hoogst verbaasd. Hij vraagt bij aanvang van de zitting aan de rechters: „Dus jullie bepalen of ik al dan niet schuldig ben?’’
Rechters: ,,Ja. Wie anders? Wij zijn rechters.’’
Verdachte: ,,Maar ik ben onschuldig.”

Klimaat
De verdachte trilt over zijn hele lichaam.
De rechter ziet dat en vraagt vriendelijk en meelevend: ,,Vindt u het spannend?’’
Verdachte: ,,Nee, koud.’’

Begrip
De verdachte praat in meervoud en kan niks beloven: ,,We doen onze stinkende best, maar het risico dat we weer de fout ingaan is er altijd.’’
De rechter snapt dat: ,,Tja. Een risico is een last die wij moeten torsen.’’

Depri
De verdachte is depressief nu ‘we’ in een dictatuur leven en geen toekomst meer hebben. Dat komt, zegt hij tegen de rechter, door corona en door de politieke situatie, aangevoerd door dictator Rutte.
De rechter nuanceert: ,,Niet iedereen wordt daar depressief van.’’
De verdachte: ,,Nee, was het maar waar.’’

Speech
Verdachten 1, 2 en 3 krijgen het laatste woord en proberen te redden wat er te redden valt.
Verdachte 1: ,,Ik wil iedereen bedanken die aan dit onderzoek heeft meegewerkt. En de excuses aan de edelachtbare.’’
Verdachte 2: ,,Criminaliteit is voor mij niet weggelegd. Dit was mijn eerste en mijn laatste strafzaak.’’
Verdachte 3: ,,Dit wordt de belangrijkste speech van mijn leven. Allereerst wil ik iedereen hier bedanken. Ik …’’

Tien
De officier van justitie eist tien maanden gevangenisstraf. De rechter vraag aan verdachte: ,,Heeft u de eis begrepen?’’
Verdachte: ,,Nee. Kunt u het ook in jip-en-janneketaal uitleggen?’’
De rechter: ,,Tien maanden gevangenisstraf.’’
Verdachte: ,,Oei.’’

Wijsheid
De verdachte (overval) zegt in de gevangenis geen zucht meer te hebben naar drank. Sterker nog: ,,Zelfs niet naar toiletwine .’’
Rechter: „Toiletwine?”
De verdachte legt uit: ,,Water, schepjes suiker, wat brood erin en dan heb je na een week alcohol.’’

Pedo
Rechter vraagt waarom hij – pedofiel, tbs-veroordeelde – graag voetbalwedstrijden bezoekt van de Jonkerboys. Dat staat in het dossier.
Rechter: ,,Is dat misschien een jeugdteam?’’
De tbs’er: ,,Nee hoor, dat is de voetbalclub van de kliniek, met allemaal tbs’ers.’’

Ziel
Ze was in de war toen ze een medewerker van de GGZ met een mes neerstak. De vrouw zit al tien maanden vast als haar rechtszaak begint. De rechter vraagt hoe het nu met haar gaat.
Ze zegt: ,,Mijn lichaam was toen vrij, maar mijn ziel zat vast. Nu zit mijn lichaam vast, maar is mijn ziel vrij.’’

Bier
De rechter zegt tegen de verdachte, lid van Vindicat: ,,De reclassering maakt zich een beetje zorgen over uw alcoholgebruik.’’
De verdachte: ,,Wat moet ik zeggen … ik ben student.’’

Spannend
Een man kneep fietsende meisjes in de billen, maar dat was volgens hem niks seksueels, alleen maar spannend.
De rechter: ,,Waarom kneep u geen mannen?’’
De verdachte: ,,Tja, dan heb je een grotere kans op een fysieke en agressieve reactie.’’
Rechter: ,,Nou, dat is toch nog veel spannender?’’

Betrapt
Het duurt de verdachte te lang en hij vraagt voor de zoveelste keer om een een korte schorsing.
Rechter: ,,U moet weer naar het toilet?
De verdachte knikt.
Rechter: ,,Oké, maar niet stiekem roken, hè?’’

Poezie
De verdachte heeft spijt, hij vindt het vooral heel erg dat hij een bakfiets heeft gestolen van een zieke vrouw.
Tegen de rechters: ,,Toen ik dat hoorde, ging het van mijn haren tot mijn teen, door merg en been.’’

Eerlijk
De rechter: ,,Maar dan steelt u toch van iemand?’’
Verdachte: ,,Ja mevrouw, maar ik ben toch ook een boef?”
Rechter: ,,U denkt wel gemakkelijk.’’
De boef: ,,Nee, ik ben gewoon eerlijk.’’

Ervaring
De rechter draait er niet omheen: ,,Deskundigen zeggen dat u een psychopaat bent.’’
Verdachte: ,,Dat is niet zo.’’
De rechter, uiterst vriendelijk: ,,Weet u wat het is? Dat zeggen psychopaten nou altijd.’’

Meedenken
De officier van justitie laat de verdachte meedenken: ,,Wat vindt u van een taakstraf?’’
De verdachte: ,,Dat zie ik als vrijwilligerswerk.’’
De aanklager: ,,Maar het is een straf.’’
De verdachte: ,,Pff, nou als je dat straf noemt …’’

Thuis
Hij wordt verdacht van woninginbraak, maar zegt een alibi te hebben: ,,Ik was bij mijn vriendin.’’
De rechter is verbaasd: ,,Waarom heeft u daar niet eerder over verklaard?’’
Verdachte: ,,Ik heb ook een vrouw thuiszitten.’’

Liefde
De verdachte huppelt vrolijk de rechtszaal binnen, kijkt even rond en roept dan: ,,Moi moeke.’’
Een mevrouw op de publieke tribune gaat staan en roept net zo enthousiast: ‘Moi mien laiverd.’’

Vooringenomen
De advocaat merkt op dat de rechter bozige vragen stelt en boos naar de verdachte kijkt. De rechter is toch niet vooringenomen?
De rechter, gepikeerd: ,,Ik heb een boos gezicht, dat weet u best.’’

Andersom
Rechter tegen verdachte: ,,U kunt heel snel boos worden hè?’’
Verdachte: ,,Ja, maar ook snel weer normaal.’’

Stomme vraag
De verdachte: ,,Ik heb al mijn geld opgemaakt tijdens de feestdagen.’’
De rechter is nieuwsgierig en vraagt: ,,Waaraan?’’
Verdachte: ,,Aan feesten.’’

Zoontje
De rechter wil weten of de verdachte drinkt. Het antwoord: ,,Ik ben gestopt met alcohol toen mijn zoontje werd geboren.’’
Rechter: ,,En hoe oud is uw zoontje nu?’’
Bijna 19.

Ook logisch
Verdachte: ,,Ik ben ook maar een mens.’’
De rechter laat zich niet van de wijs brengen: ,,Logisch. Anders zaten we hier niet.’’

Gangster
De verdachte is geboren en getogen op de Groninger klei. Maar hij is streetwise, spreekt de taal van de hippe straat en doet dat met een zangerig Antilliaans accent. Nobody fuckt met hem, weet je. De behandeling van de strafzaak duurt lang, uren, hem veel te lang.
Tegen het einde van de zitting zegt de rechter: ,,Ik zie dat u er wel een beetje klaar mee bent.’’
De verdachte zucht diep en valt voor een keer uit zijn gangsterrol: , ,Ja, de kont dut mie zeer van ’t zit’n.’’

Snelrecht
Rechter: ,,Klopt het?’’
Verdachte: ,,Klopt.’’
Rechter: ,,Nou dan zijn we klaar.’’

Rob Zijlstra
opgetekend in zittingszaal 14