De eerste keer | en slimmer dan de rechter

Verreweg de meeste verdachten die in zittingszaal 14 terechtstaan, staan daar niet alleen voor het eerst, maar vaak ook voor het laatst. Recidivisten, de onverbeterbaren, zijn hardnekkig, maar vormen een minderheid. Voor de meeste verdachten is criminaliteit een eenmalige aangelegenheid.

Achteraf vinden deze mannen een carrière in de criminaliteit toch niet zo’n goed idee. Uiteindelijk heb je er vooral last van.

Omdat het vaak een eerste en laatste keer is krijgen strafrechters in de rechtszaal vooral te maken met onervaren verdachten. Het is – dat vermoed ik – daarom dat nogal wat verdachten denken dat ze wegkomen met het vertellen van onlogische en ongeloofwaardige verhalen. Dat ze denken, uit onervarenheid, dat ze slimmer zijn dan rechters.

En dat is niet zo.

Regelmatig denk ik, zittend aan de perstafel: joh, zeg nou gewoon dat je het was, dat je het hebt gedaan. Of denk ik: advocaat, was het niet verstandiger geweest dat je je cliënt wat beter had voorbereid? Zou het met het oog op de te verwachten eis (en straf) niet slimmer zijn je cliënt die schuldig is te adviseren een bekentenis af te leggen? In plaats van kletspraat? Om de schade enigszins te beperken?

Frits uit Veendam, Kid uit Hoofddorp en Vlinder uit Wildervank zouden cocaïne hebben gesmokkeld vanuit het Ritz Hotel op Curaçao. Via Schiphol ging het naar hier. De cocaïne, 670 gram, was verpakt in bolletjes. Voor het idee: één gram kost op straat 50 euro.

Vlinder had 37 bolletjes doorgeslikt en een restantje in haar vagina verborgen. De smokkel slaagde bijna, want de coke haalde Oost-Groningen. Het ging fout omdat de ex-vriend van Vlinder de politie informeerde.

Dus. Je hebt het geprobeerd, het lef gehad, de risico’s ingecalculeerd en dan gaat het mis. De politie meldt zich om je te arresteren en je komt in de gevangenis. Je praat met je advocaat, met je moeder, met medegedetineerden en dan komt er – een half jaar later in dit geval – een rechtszaak. Je weet waarop de verdenkingen zijn gebaseerd, welke bewijzen er zijn. Je weet ook dat je de tijd niet terug kunt draaien. Veel verdachten willen dat dat kan.

Ze hebben alle drie een ander verhaal dat niet allemaal tegelijk waar kan zijn. Vlinder – op vrije voeten – durfde niet naar de rechtszaal te komen omdat ze bang is. De medeverdachten zouden haar bedreigen. Ze zegt dat ze is gedwongen de cocaïne te smokkelen. Ze zou er 4 tot 6 duizend euro voor krijgen, geld dat ze ontzettend nodig had.

De officier van justitie gelooft Vlinder. Hij denkt dat Kid uit Hoofddorp de reis heeft georganiseerd en gefinancierd en dat Frits uit Veendam – hij kent Curaçao – de regelaar was. Vlinder mag de kwetsbare koerier zijn.

Frits en Kid zeggen niet: we hebben de gok genomen en verloren, we gaan nu even op de blaren zitten, daar hadden we eerlijk gezegd ook al een beetje rekening mee gehouden. Nee.
Ze zeggen dat er een vierde persoon is van wie ze de naam helaas niet kunnen onthullen vanwege de veiligheid. Die vierde persoon moet de kwade genius achter dit hele avontuur zijn. Frits ontkent niet dat hij met Vlinder naar Curaçao is geweest, maar dat was om zijn moeder te bezoeken. Die woont daar.

Frits zegt dat hij wel wist dat Vlinder drugs wilde smokkelen, maar dat hij daar geen aandeel in heeft gehad. ,,Ik voel mij een beetje medeplichtig omdat ik niet heb gezegd dat ze het niet moest doen.’’

Kid wist er ook van, maar ook hij heeft er nauwelijks mee te maken. Zegt hij. Zijn rol? ,,Ik heb 750 euro betaald. Een bijdrage in de kosten. Om een graantje mee te pikken. Zou het lukken dan zou ik 50 gram krijgen. Voor eigen gebruik. Dat is het.’’

Ongeloofwaardige verhalen kunnen waar zijn. Maar ik verwacht dat Vlinder (eis: 7 maanden), Frits (9 maanden) en Kid (18 maanden) de dans niet zullen ontspringen.

Pierre was deze week een verdachte. Een aardige 28-jarige jongeman, goed stel hersenen, goede opleiding, vlotte babbel. Als ouder zou je wensen dat je zoon of dochter met zo’n jongen thuiskomt.

Maar Pierre wordt verdacht van mensenhandel. Hij zou een vrouw hebben uitgebuit door haar in de prostitutie te laten werken. Wat zij daarmee verdiende was dan van hem. De politie traceerde over een periode van drie maanden 120 afspraken met mannen. Bij hen thuis, in Usquert, bij een vriend, in hotels.

Het Openbaar Ministerie denkt dat Pierre een loverboy was. Zelf zegt Pierre dat hij ondernemer is, dat hij goede ideeën heeft om van zijn onderneming een florerende business te maken.
Bij binnenkomst zegt Pierre nogal zenuwachtig te zijn. ,,Want het is mijn eerste keer hier. Maar ik ben ook blij. Best gek dat ik dat zeg omdat ik hier zit. Maar ik kan nu een en ander verhelderen, van hoe het echt is. Het strafdossier is namelijk nogal eenzijdig.’’

Pierre is een eigenwijze.
De rechter stelt een vraag.
Pierre: ,,Goed dat u dat vraagt.’’
De rechter maakt een opmerking.
Pierre: ,,Een heel goede opmerking.’’
De rechter oppert iets.
Pierre: ,,Daar heeft u helemaal gelijk in.’’

De vrouw die zou zijn uitgebuit was de vriendin van Pierre. Hij was verliefd op haar. Dat zij het deed met andere mannen, deed ze omdat ze dat zelf heel graag wilde. Dat ze dat wilde vond hij als verliefde man helemaal niet erg. ,,Ik zie prostitutie als een zakelijke transactie. Meer niet.’’

Pierre zegt dat hij haar wel een beetje heeft geholpen, maar nooit heeft gedwongen. Als die indruk is gewekt, door chatberichten bijvoorbeeld waarin hij zijn geliefde een kech noemt, een hoer, dan is dat toch vooral stoere mannenpraat geweest. Tegen de rechters: ,,Wat u zegt, klopt. Het is geen vrouwvriendelijke manier van communiceren.”

Wat ook Pierre zich niet realiseert is dat hij al vele voorgangers heeft gehad met vergelijkbare verdenkingen en dat al die voorgangers dezelfde verhalen ophingen. Vriendinnen willen het altijd zelf, vriendinnen staan graag het geld af dat ze verdienen. Er is vaak een vierde onbekende. Rechters trappen daar niet in.

Pierre hoort 18 maanden celstraf eisen. Ik vrees voor hem dat hij een tijdje niet zal kunnen ondernemen. Maar is hij als de meesten, dan is er hoop. Dan is ook hij een eenmalige.
Dat de criminaliteit ondertussen eeuwig voortduurt, komt omdat er steeds weer andere mannen opstaan, de gok wagen en dan, de een wat eerder dan de ander, op hun beurt omkukelen.

Rob Zijlstra

 

Plaats een reactie