Er bestaan kleine linke rechters en grote rechtse rechters, waarmee ik wil aangeven dat rechters er zijn in soorten en maten.
Rechters vormen een even geplaagde – ze hebben het zo druk – als bijzondere beroepsgroep.
Ze moeten levenslang op hun woorden passen, maar wat ze hardop uitspreken, telt.
Deze week twitterde ik de wereld in dat een rechter tegen verdachten zei dat hij niet op zijn achterhoofd is gevallen.
Hij verzocht de verdachten hem daarom niet al te veel onzin te vertellen.
Even later zei die rechter tegen diezelfde verdachten: ‘Wat u tegen mij zegt, gaat het ene oor in en het andere weer uit.’
Ook dat ging richting sociale media.
Beide tweets leidden tot een klein debatje.
Mag een rechter die onpartijdig is zoiets wel hardop zeggen?
Of moet hij voor zoiets standrechtelijk worden gewraakt?
De twee advocaten in de betreffende strafzaak, ze heten zeg maar Bram, zeiden niets.
Het was een ruige strafzaak.
De twee verdachten heten Popov (37) en Edvard (27), geboren in Joegoslavië.
Ze wonen met hun gezinnen niet echt ergens, maar verblijven hier en dan weer daar in België.
Popov en Edvard zitten sinds 13 december in de gevangenis, in Leeuwarden, in Hoogeveen.
Ze kijken boos naar de rechter die recent nog verkondigde op een publiek debat dat hij weliswaar in een ivoren toren werkt, maar daar niet woont.
Popov en Edvard worden verdacht van woninginbraken.
Uit een woning aan de Acacialaan in Groningen zouden ze een televisie en sieraden hebben gestolen.
Diezelfde avond sloegen ze toe, zegt de officier van justitie, aan de Ceresakker in Bedum, bij twee buren.
Daar werden vier dvd’s gejat, waaronder Hell Freezes Over van de eeuwige Eagles. Edvard zou in september ook hebben ingebroken aan de Julianalaan in Veendam waar een brief uit een geldkistje werd gestolen.
Ze ontkennen.
Ze waren er wel bij geweest, maar ook niet.
Dat wil zeggen dat ze wel bij de woningen waren geweest waar was ingebroken.
Maar dat ze niet wisten waarom ze daar waren en dat ze ook niet binnen waren geweest, in de zin van binnen als inbreker omdat ze buiten op de uitkijk stonden…
O ja, ze waren ook door de politie in de verhoorkamers onder druk gezet.
Edvard voegt er nog aan toe dat hij vader is van drie kinderen.
Dan ben je, vindt hij, sowieso onschuldig.
De rechter: ‘Jongens, ik ben toch niet op mijn achterhoofd gevallen. Vertel mij nou geen onzin, geen klets.’
Na de inbraak in Groningen kreeg de politie een tip dat er drie (of vier) verdachte mannen met een televisie in een groene Opel Vectra stapten en toen weg waren gereden.
De politie kwam, zag, gaf een stopteken dat werd genegeerd en zette de achtervolging in.
Het ging gevaarlijk hard.
Met hoge snelheden vluchtten de verdachten tegen de richting in door de binnenstad met koopavond, over de Grote Markt waar mensen opzij moesten springen, richting de Verlengde Lodewijkstraat waar de Opel-auto uiteindelijk crasht tegen een lantaarnpaal. De verdachten renden weg, maar werden met getrokken wapens (van de politie) toch gepakt.
Op straat slingerden de sieraden in het rond, in de auto lag de uit de woning gestolen televisie.
De verdachten gaven valse namen op.
Rechter: ‘Waarom ging u er in de auto vandoor?’
Popov: ‘Weet niet,’
Rechter: ‘Kom nou.’
Popov: ‘Ik heb niet gereden, ik zat op de achterbank.’
Rechter: ‘Wat deed u in die auto?’
Popov: ‘We waren elkaar in Veendam tegengekomen en wilden naar een meisje in Groningen dat voor geld werkt. Daar wilden we wat drinken en schaamteloze dingen doen.’
Bij de inbraak in de woning in Veendam was op een dekbed een bloedspoor aangetroffen.
In de Nederlandse databank werd geen match gevonden, maar wel in die van Frankrijk.
Cour d’ Appel de Lyon meldde desgevraagd dat het door Groningen opgestuurde dna-spoor 00353787000 matchte met een man die Edvard heet.
Hij zegt: ‘Kan niet.’
Rechter: ‘De kans dat het dna-spoor niet van u is, is kleiner dan één op één miljard.’
Edvard: ‘Niet mogelijk.’
Rechter, beetje cynisch: ‘Er is sprake van een internationaal complot tegen u?’
Edvard kijkt minzaam.
De officier van justitie heeft geen twijfel.
De eis: drie maanden celstraf voor Popov wegens twee inbraken en vier maanden cel voor Edvard wegens drie inbraken.
De advocaten Bram vragen of het een onsje minder mag.
Die jongens zitten al sinds december vast en willen zo graag naar huis, naar hun kinderen waar dan ook.
De rechter denkt maar heel even na en zegt dat hij direct uitspraak zal doen. Politierechters doen dat.
De politierechter: ‘Het is mij volstrekt helder. U ging er op bespottelijke wijze vandoor, mensen moesten springen voor hun leven, u komt met valse namen en met kletsverhalen. Die verhalen gaan bij mij het ene oor in en het andere weer uit.’
Popov en Edvard kijken nu zo mogelijk bozer dan boos.
De politierechter: ‘Weet u wat, u krijgt geen lagere straffen zoals uw advocaten bepleiten. U krijgt ook geen drie en vier maanden zoals de officier dat wil. U krijgt hogere straffen. U komt speciaal naar Nederland, naar Groningen, naar Bedum om hier in te breken. Dan verdien je meer straf dan gebruikelijk.’
Popov krijgt geen drie maar zes maanden, Edvard geen vier, maar acht.
De politierechter: ‘En dan komen jullie er nog goed mee weg ook.’
Luidruchtig protest.
De politierechter, vrij vertaald: ‘Wegwezen.’
Rob Zijlstra
.
Dit is dus ook een vorm van klasse !!! justitie.
Zou het werkelijk verschil mogen maken of iemand eerst een stuk reist en dan inbreekt, of de hoek omslaat en een kraak zet? Misschien is de inbraak in de laatste situatie wel veel beter en zelfs langer overdacht. Inbraak is inbraak, geen onderscheid mogelijk. Twee inbraken, drie maanden cel geëist, binnen twee maanden weer buiten. Amper zestig dagen van de straat dus. Rare eis, waarom niet strenger? Hoe komt zoiets tot stand?
Inbraak is inbraak…
Zou jij soms voorstander zijn van een boekje waarin je kunt opzoeken welke straf waarvoor staat ?
Moord: 10 jaar
Moord op je moeder of echtgenoot: 15 jaar
Moord op je schoonmoeder: vrijspraak
3 km te hard: 33 euro
overval met wapen: 8 jaar
inbraak: t/m 2 inbraken 3 maanden 3 tot 5 inbraken 6 maanden
meer dan 5 inbraken . . . . .veelpleger 3 jaar
mishandeling 100 euro of 20 uur schoffelen
blikje op straat 360 euro
.
Ach laat ook maar, grotendeels hebben we dat al.
Ik kan hier heel goed mee leven, als je een misdrijf pleegt en dan voor de rechter ook nog een beetje onnozel gaat lopen gedragen en geen respect toont, dan mag wat mij betreft de straf wel dubbel zo hoog zijn.
Ik kan mij voorstellen dat strafrechters het spelletje niet meer alle dagen mee kunnen spelen. Het is schering en inslag vandaag de dag. Met al die overvallen tegenwoordig keert het Wilde Westen terug, in Holland (en vast ook elders in Europa [hoe zal het in Griekenland aan toe gaan?]).
Ik vind het bewonderenswaardig dat strafrechters het geduld nog kunnen opbrengen zodra het voor een meervoudige kamer in aanmerking komt.
In principe mogen ze nog van geluk spreken dat er geen aanklachten waren voor wat ze op hun vlucht gedaan hebben. Als er mensen opzij moeten springen zijn er vast wel wat “poging tot …… aanklachten” bij te plakken.