‘Een verdachte die meent met zoveel
domheid weg te komen, is aan de beurt.’
Het valt niet mee een schuldige verdachte te zijn.
Ik heb in zittingszaal 14 veel mannen gezien die ogenschijnlijk onvervaard en bedaard in de verdachtenbank zaten, maar die het liefst met de snelheid van het licht door de grond zouden zakken.
Stoere mannen die, terwijl de rechters met hun heikele vragen maar op hen in bleven beuken, trilden als een espenblad.
Voor rechters en officieren van justitie (want ook die stellen vragen) is een strafzaak altijd een zoveelste zaak.
Misschien wel de zoveel honderdste, de duizendste of nog meer.
Voor de meeste verdachten geldt daarentegen dat hun strafzaak de eerste keer is (en als het even kan ook de laatste keer).
In een strafzaak staat de beroepsmatige routine en sluimerende deformatie van het beroep van hen die niets te verliezen hebben tegenover het ongerief en de grote onzekerheid van de verdachte die alles te verliezen heeft.
Een verdachte, schuldig of onschuldig, staat daarom bij aanvang van de strafzaak vaak al met 2, 3 – 0 achter.
Een beetje een doeltreffende strategie kan dus geen kwaad.
Gerrit (63), eigenaar van een rijschool in Drenthe en verdacht van aanranding van een leerlinge, bedacht dat het misschien wel slim zou zijn om zich van de domme te houden.
De leerlinge die aangifte tegen hem had gedaan vond hij niet aardig, vertelde hij.
Dus daar was het niet om.
Wel gaf hij haar privéles ‘theorie’, gratis en bij hem thuis.
En als de theorie was afgelopen en de thee op, dan gingen ze nog even praktijk doen: rijden in het donker.
Ook gratis.
De afspraken werden gemaakt via WhatsApp.
In de berichtjes die Gerrit naar haar stuurde heette de onaardige leerlinge kanjertje, schatje en lieverdje.
Rechters: ‘Dat is wel een beetje raar Gerrit.’
Gerrit: ‘Ik dacht dat dat App-taal was, dat het zo hoorde.’
Rechters: ‘U stuurde ook kusjes.’
Gerrit, quasi verschrikt: ‘Oh ja? Kan dat dan ook?’
Op een dag greep hij haar met zijn grote handen.
Ik denk dat de rechters – de uitspraak moet nog komen – tegen elkaar hebben gezegd: ‘Een verdachte die meent met zoveel domheid weg te komen, is aan de beurt. Bewijs te over collega’s, onze rij-instructeur is gezakt.’
Er is een werkstraf van 180 uur geëist.
Douwe (48) uit Noord-Groningen dacht misschien er baat bij te hebben door niet alleen dom, maar ook sneu en zielig te doen.
Jarenlang misbruikte hij zijn stiefdochter, de eerste keer dat hij dat deed, op haar slaapkamertje in Veendam, was ze 13 jaar.
Toen het uitkwam – acht jaar later – werd hij het huis uitgezet.
Hij leeft nu in een tochtig huis, met afgebladderde kozijnen, met een lekkend dak en met te weinig geld.
Douwe leeft voort met het hoofd gebogen.
Toen zijn dochter belangstelling kreeg voor seks en daarover vragen begon te stellen, had hij zich ongemakkelijk gevoeld.
Hij vreesde dat zij, zo jong nog, binnen de kortste keren zou worden misbruikt door klasgenoten.
Hij zegt: ‘Ik zag een zwart scenario.’ Om haar te behoeden voor de boze wereld, ging hij met haar pornofilms kijken om haar daarna zelf maar te misbruiken, wekelijks het hele scala.
En daar heeft hij nu zo ontzettend veel spijt van, zo veel dat Douwe in de rechtszaal keer op keer niet uit zijn woorden kan komen.
Wanneer het hem na een kwartiertje pauze vol tranen wel lukt, zegt hij dat er geen woorden zijn die uitdrukking kunnen geven aan de spijt die hij voelt.
Hij krimpt ineen als hij de eis hoort, 42 maanden gevangenisstraf, een jaar daarvan mag voorwaardelijk.
De 36-jarige Zined moest deze week ook in zittingszaal 14 verschijnen.
Hij was er niet.
Ziek.
Via zijn advocaat laat hij weten dat hij zijn strafzaak graag bijwoont, maar dat dat alleen kan wanneer hij 100 procent fit is.
Zined weet: verdachte zijn is als het bedrijven van topsport.
Zijn strategie mislukt.
De rechters voelen er niets voor de strafzaak uit te stellen.
De officier van justitie eist buiten zijn aanwezigheid om drie jaar gevangenisstraf wegens het medeplegen van diefstal.
Medeverdachten Martin (23) en Hilbert (19) zijn er wel.
Beide jongemannen uit Delfzijl gaan diep door het stof in de hoop dat ze de rechters nog enigszins mild kunnen stemmen.
Want o, wat hebben ze een spijt, wat schamen ze zich dood en wat voelen ze een berouw.
En o, wat zijn ze dom geweest en wat slapen ze er slecht van.
Maar wat gaan ze straks, eenmaal vrij en buiten, hun leven beteren.
Ze gaan weer naar school om goede dingen te leren.
Hilbert is nu al goed bezig.
Hij zegt tegen de rechters: ‘In de gevangenis krijg ik de kans eens in de week de bibliotheek te benutten.’
Zined had tegen Martin en Hilbert gezegd dat in de woning van de oude antiekhandelaar, aan de Rozenlaan, vijf- tot zeshonderdduizend euro lig, in de hoek bij de vaas.
Bij de McDonald’s in Stadskanaal kregen ze een tas met inbrekersgereedschap en de mededeling dat de bewoner niet thuis is.
Ze hoeven alleen maar in te breken, het geld te pakken en terug te komen om de buit eerlijk te verdelen.
December 2015.
Martin en Hilbert zeggen in de tuin tegen elkaar dat het niet verstandig is wat ze gaan doen. Vervolgens trekken ze de mutsen over hun hoofden en gaan naar binnen.
De bewoner is wel thuis.
Iedereen schrikt en wel zo erg dat ze de 78-jarige handelaar met een breekijzer en de vuisten tegen de grond slaan.
Als het gezicht begint te bloeden, gooien ze water over het hoofd van de oude man.
Martin dacht dat hij had gegooid met koud water.
Verbaasd: ‘Was het heet water? Nee, dat wist ik niet.’
In het ziekenhuis vrezen de artsen dat het slachtoffer het niet zal halen.
Dat doet hij wel, maar nooit wordt hij weer de oude man die hij was van voor de overval.
Martin en Hilbert maken geen geld buit.
Er was geen geld.
De opbrengst van hun misdaad is een oud horloge zonder waarde dat ze met geweld van de pols van de oude man hadden getrokken.
Ook dat maakt de kans klein dat hun charmeoffensief in de rechtszaal kans van slagen heeft.
De officier van justitie eist tegen beide jongemannen vier jaar celstraf, waarvan een jaar voorwaardelijk.
Dat is de tijd voor een oud horloge zonder waarde, een prijs die alleen schuldige verdachten betalen.
Rob Zijlstra
update – 3 oktober 2016 – uitspraken
Martin en Hilbert hebben gekregen wat de officier van justitie had bedacht: 4 jaar celstraf waarvan een jaar voorwaardelijk. Dat is dus netto 3 jaar zitten. Zined mag in de handen knijpen: geen 3 jaar celstraf, maar 12 maanden als medepleger diefstal.
Hoi Rob,
Een maandje volg ik nu je verslagen via zittingszaal 14.
Juweeltjes – nee zelfs hele schatten- zijn het. Zo mooi.
Het enige wat ik erbij zou willen hebben zijn de (latere) uitspraken van de rechters.
Kan ik die ergens vinden?
vriendelijke groet,
Nicky
De uitspraken publiceer ik onder het verhaal onder het kopje ‘update’. Tussen verhaal en uitspraak zit doorgaans 2 weken.